4TLfa - di. 19/11/2024

4TL - di.  19/11/2024
1)                                                - is iedereen er?
2)   Gele Woordjes! 
3)   Hfd. 2: Examentraining Ecrire
       opdr. 24 B
4)   opdr. 25 : Phrases-clés
5)   opdr. 26 cd
6)   Taakwerk
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

4TL - di.  19/11/2024
1)                                                - is iedereen er?
2)   Gele Woordjes! 
3)   Hfd. 2: Examentraining Ecrire
       opdr. 24 B
4)   opdr. 25 : Phrases-clés
5)   opdr. 26 cd
6)   Taakwerk

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Gele woordjes
il y a  = er zijn  (/is)
où = waar (waarin/op)
presque = bijna

Er zijn eindeloze dagen, maanden, jaren waar bijna niets gebeurt. Er zijn minuten en seconden die een hele wereld bevatten.


Slide 3 - Tekstslide

opdr. 24 B

Slide 4 - Tekstslide

de présent van onregelmatige werkwoorden

Slide 5 - Tekstslide

de présent van de belangrijkste
onregelmatige werkwoorden

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

vouloir - willen
je veux = ik wil
tu veux = jij wilt
il/elle/on veut = hij/zij/men wil
nous voulons = wij willen
vous voulez = jullie willen
ils veulent - zij willen
elles veulent - zij willen

Slide 8 - Tekstslide

tu es
elle est
il est
je suis
on est
nous sommes
vous êtes
ils sont
elles sont
ik ben
zij is
hij is
jij bent
men is /
we zijn
wij zijn
jullie zijn
zij zijn
(mnl. mv.)
zij zijn
(vrl. mv.)

Slide 9 - Sleepvraag

J'
Tu
Il / Elle
Nous
Vous
Ils / Elles
Ai
A
Ont
Avez
As
Avons

Slide 10 - Sleepvraag

FAIRE : Combineer blauw met rood
wij doen
zij doet
jij doet
ik doe
jullie doen
zij doen
nous faisons
je fais
ils font
tu fais
elle fait
vous faites

Slide 11 - Sleepvraag

elle va
je vais
on va
nous allons
il va
tu vas
vous allez
ils vont 
elles vont
ik ga
jij gaat
hij gaat
zij gaat
men gaat
wij gaan
jullie gaan
u gaat
zij gaan 
(mnl mv)
zij gaan 
(vrl mv)

Slide 12 - Sleepvraag

 pouvoir

kunnen
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
tu
je/j'
                       peux
                  pouvez
                        peut
                       peux
                 peuvent
                pouvons

Slide 13 - Sleepvraag

Je veux
Tu veux
Elle veut
Nous voulons
Vous voulez
Ils veulent
Ik wil
Jij wilt
Zij wil
Wij willen
Jullie willen
Zij willen

Slide 14 - Sleepvraag

Slide 15 - Tekstslide

opdr. 26 c/d

Slide 16 - Tekstslide

Taakwerk week 47
maken: 
- opdr. 23 t/m 28 maken
- inleveren: opdr. 4 en 13 en 18 en 19 en  26d en 27 en 28

leren: 
- Eb. blz. 58: voca C en D N/F
- Eb. blz. 197:  Chapitre 2 : Phrases-clés – Inlichtingen vragen N/F leren
- de meest voorkomende ww 

Slide 17 - Tekstslide

Blijven zitten om over te gaan

Slide 18 - Tekstslide