Unité 3: après les cours - woordjes (apprendre 1, 2, 4&6, 4 en 6)
1 / 22
Lesduur is: 10 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
l'élève
A
de school
B
de leerling
C
de pen
D
het huiswerk
Slide 2 - Quizvraag
les maths
A
biologie
B
het boek
C
het huiswerk
D
wiskunde
Slide 3 - Quizvraag
jeudi
A
maandag
B
donderdag
C
vrijdag
D
zondag
Slide 4 - Quizvraag
détester
A
leuk vinden
B
kijken naar
C
een hekel hebben aan
D
blijven zitten
Slide 5 - Quizvraag
parler
A
begrijpen
B
houden van
C
praten/spreken
D
geven
Slide 6 - Quizvraag
jouer
A
dansen
B
spelen
C
liever hebben
D
zingen
Slide 7 - Quizvraag
le livre
A
de pen
B
het schrift
C
het boek
D
het huiswerk
Slide 8 - Quizvraag
l'histoire
A
engels
B
frans
C
aardrijkskunde
D
geschiedenis
Slide 9 - Quizvraag
la matière
A
de opdracht
B
het vak
C
de klas
D
de school
Slide 10 - Quizvraag
difficile
A
moeilijk
B
na, daarna
C
serieus
D
sorry
Slide 11 - Quizvraag
dimanche
A
zondag
B
maandag
C
woensdag
D
vrijdag
Slide 12 - Quizvraag
redoubler
A
werken
B
blijven zitten
C
een hekel hebben aan
D
beginnen
Slide 13 - Quizvraag
qu'est-ce que
A
waarom
B
vaak
C
gauw
D
wat
Slide 14 - Quizvraag
le cours
A
de les
B
het huiswerk
C
het boek
D
de opdracht
Slide 15 - Quizvraag
presque
A
alles
B
bijna
C
na
D
blij
Slide 16 - Quizvraag
le dessin
A
de tekening
B
het jaar
C
het einde
D
de avond
Slide 17 - Quizvraag
les devoirs
A
biologie
B
de leraar
C
het huiswerk
D
de oefening
Slide 18 - Quizvraag
le sac à dos
A
de overhoring
B
de rugzak
C
de klas
D
het cijfer
Slide 19 - Quizvraag
mardi
A
maandag
B
dinsdag
C
donderdag
D
zaterdag
Slide 20 - Quizvraag
cinquante
A
20
B
30
C
40
D
50
Slide 21 - Quizvraag
trente
A
20
B
30
C
40
D
50
