Bewegingsstelsel ANA verdieping

Bewegingsstelsel ANA verdieping
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerpleegkundeMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Bewegingsstelsel ANA verdieping

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke van de volgende botten maakt deel uit van het axiale skelet?
A
Femur
B
Humerus
C
Sternum
D
Scapula

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel botten heeft het skelet vaneen volwassene
A
197
B
206
C
211
D
224

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar bevindt zich het kleinste botje in het menselijk lichaam
A
Voet
B
Hand
C
Oor
D
Gezicht

Slide 4 - Quizvraag

Het kleinste botje zit in het midden van het oor en wordt ok wel de stijgbeugel genoemd. Het weegt tussen 2 en 4,3 mg en is tussen de 2,6 en 3,4mm lang, even groot als een rijstkorrel.
Wat is de functie van het beenmerg
A
Het aanmaken van bloedcellen
B
Het ondersteunen van de spieren
C
Het helpen bij de beweging
D
Het reguleren van de lichaamstemperatuur

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heet de plaats waar twee botten elkaar ontmoeten
A
Gewricht
B
Spier
C
Pees
D
Kraakbeen

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de Latijnse naam voor de ellepijp
A
Fibula
B
Tibia
C
Ulna
D
Radius

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk type bot is de schedel
A
Lang bot
B
kort bot
C
Onregelmatig bot
D
Platte bot

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de belangrijkste functie van de ribben
A
Ze helpen bij beweging van de armen
B
Ze beschermen vitale organen zoals het hart en de longen
C
Ze ondersteunen de spieren van het middenrif
D
Ze reguleren de bloedsomloop

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de Latijnse naam voor het kuitbeen
A
Fibula
B
Tibia
C
Ulna
D
Radius

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Uit hoeveel wervels bestaat een wervelkolom
A
33
B
34
C
35
D
36

Slide 11 - Quizvraag

De wervelkolom bestaat uit 24 beweeglijke wervels en daar tussen bevinden zich tussenwervelschijven. De andere 9 zijn met elkaar vergroeid.