Door zo te handelen zou hij (
de rechtvaardige), dus niets anders doen dan de ander (
de onrechtvaardige), maar zij zouden beiden op hetzelfde afgaan/naar hetzelfde streven
Niemand is zo rechtvaardig dat hij de verleiding van zo'n ring zou kunnen weerstaan, dus niemand is geheel vrijwillig rechtvaardig, zie f, r.1-2: ὅτι οὐδεὶς ἑκὼν δίκαιος ἀλλ’ ἀναγκαζόμενος,