Introductie
In deze Digi-doener gaan de leerlingen nadenken over en aan de slag met het thema huisdieren. De meeste leerlingen houden van dieren en veel hebben zelf een huisdier. Wat betekent het eigenlijk om een dier in huis te hebben? Welke dieren zijn daar geschikt voor? Aan de hand van een filmpje, prikkelende stellingen, een quiz en een opdracht gaan de leerlingen nadenken over wat ze zelf vinden van de relatie tussen mensen en hun huisdieren.
Dit is les één van de twee Digi-doeners in samenwerking met de Raad voor Dierenaangelegenheden. Deze Raad geeft de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit advies over het welzijn van dieren. In de tweede les gaan de leerlingen dieper in op de behoeften van huisdieren en leren ze denken vanuit het dier.
Instructies
- Introductie: De leerlingen gaan in gesprek over hun eigen huisdieren en denken na over de relatie tussen baasje en dier. (10 min.)
- Verdieping: De klas filosofeert aan de hand van stellingen over de relatie tussen mensen en huisdieren. Wat vinden ze daar zelf eigenlijk van en waarom? Aan de hand van een quiz ontdekken de leerlingen wat geschikte en minder geschikte huisdieren zijn. (20 min.)
- Doen: Tijd om zelf aan de slag te gaan. Op basis van de introductie, verdieping en quiz ontwerpen de leerlingen in groepjes een huisdier-examen. (20 min.)
- Afronding: De klas blikt terug op de opdracht, en op de hele les. (10 min.)