6.4: Klimaat en inrichting

6.4 Klimaat en inrichting
1 / 51
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 51 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

6.4 Klimaat en inrichting

Slide 1 - Tekstslide

Voorkennis
Wat weet je nog van rivieren en overstromingen?

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Het stroomgebied is
A
De hoofdrivier en alle zijrivieren
B
hetzelfde als het stroomstelsel
C
Het hele gebied dat afwatert op een rivier en de zijrivieren

Slide 4 - Quizvraag


'Het stroomgebied van de Maas is groter dan het stroomgebied van de Rijn.'
A
juist
B
onjuist

Slide 5 - Quizvraag

Sleep de onderdelen op de juiste plek
Delta
Meander
Benedenloop
Bovenloop
Middenloop

Slide 6 - Sleepvraag

Het verhang is het grootste in
A
de benedenloop
B
de middenloop
C
de bovenloop

Slide 7 - Quizvraag

Welk verband is er tussen
vertragingstijd en
verstedelijking?
A
Na verstedelijking was de vertragingstijd groter
B
Na verstedelijking was de vertragingstijd kleiner

Slide 8 - Quizvraag

Lesdoel(en)
Aan het einde van de les kan je uitleggen:
Welke maatregelen er in het plan van Ruimte voor de Rivier staat en hoe Nederland omgaat met droogte. 


Slide 9 - Tekstslide

Regiem & debiet
Totale hoeveelheid water die op een bepaald moment langs een bepaald punt stroomt = debiet

Schommelingen daarin, dus schommelingen in hoeveelheid water gedurende een jaar = regiem

Slide 10 - Tekstslide

Verval en verhang

Slide 11 - Tekstslide

Het grote plaatje

Slide 12 - Tekstslide

Rivieren B94
Alle rivieren in Nederland zijn gemengde rivieren.

De rijn heeft het langste en breedste stroomgebied.
Herhaling!

Slide 13 - Tekstslide

Waterkringloop B92

Herhaling!

Slide 14 - Tekstslide

Lesdoelen §6.4
Aan het eind van de les kan je:
1. Uitleggen waarom het rivierengebied zich moet aanpassen aan het veranderde klimaat (klimaatadaptatie)
2. Welke maatregelen staan in het plan Ruimte voor de Rivier
3. Uitleggen waarom je in de delta van Zeeland en Zuid-Holland tijdelijk water moet kunnen opslaan.
4. Uitleggen wat de gevolgen van droogte zijn


Slide 15 - Tekstslide

Klimaatadaptatie

`De inrichting van Nederland aanpassen aan de gevolgen van klimaatverandering`.

Slide 16 - Tekstslide

Droogte en hitte
oorzaken
* minder regen
* verdamping
* verstening

gevolgen
* verzilting = verzouting, laag waterpeil dus zeewater komt rivieren in
oplossingen
* in natte tijden water opslaan
* vergroening
klimaatbestendig inrichten!

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Dwarsprofiel bedijkte rivier

Slide 26 - Tekstslide

Dwarsprofiel van een rivier
meer ruimte voor de rivier als dit in nodig is.

Slide 27 - Tekstslide

▪️ winterdijk —> ligt op de verder van de rivier af, hoog
▪️ zomerdijk —> ligt dichtbij de rivier, lager
▪️ Uiterwaarde —> stroomt onder bij hoog water.

Slide 28 - Tekstslide

Zomerdijk
Winterdijk
Uiterwaarde
Zomerbed
Kribben
Binnendijks

Slide 29 - Sleepvraag

Binnendijks / Buitendijks gebied
Binnendijks = gebied ligt binnen de bescherming van de dijk.

Buitendijks = gebied ligt buiten de bescherming en mag en kan overstromen.

Slide 30 - Tekstslide

buitendijks
binnendijks

Slide 31 - Tekstslide

Waterafvoer
Oude inrichting rivierengebied al ingesteld op schommelingen:
 - zomer: weinig water (zomerdijken),  uiterwaarden zijn beschikbaar voor landbouw

 - winter: veel water (winterdijken)  + uiterwaarden lopen onder water

Slide 32 - Tekstslide

Aan de slag!
1 en 2
Huiswerk: opdracht 3!

Slide 33 - Tekstslide

Klimaatadaptatie
Nieuwe inrichting kan ook omgaan met grotere schommelingen door klimaatverandering.

Project Ruimte voor de Rivier = alle maatregelen om het rivierengebied veiliger en landschappelijk mooier te maken. 
Deze 4 moet je kennen:

Nevengeul

Slide 34 - Tekstslide

Ruimte voor de Rivier

Slide 35 - Tekstslide

Obstakelverwijdering
Zomerbedverlaging
Hoogwatergeul
Uiterwaard afgraven
Dijkverlegging
Kribverlaging

Slide 36 - Sleepvraag

Ruimte voor de rivier

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Noordwesterstorm
Hoge zeespiegel door storm + grote waterafvoer rivieren = rivierwater kan niet in zee stromen.
waterberging = gebied om tijdelijk water op te slaan


Slide 39 - Tekstslide

Droogte
     Klimaatverandering is ook perioden van droogte en hitte.

Verzilting kan ontstaan door watertekorten = het zout worden van de bodem en/of het water.

Voorraad zoet water als oplossing is daarvoor essentieel (IJsselmeer)

Slide 40 - Tekstslide

Verzilting
Als het in Nederland lange tijd droog is, kan zout water uit zee via grondwater het land binnendringen.
De bodem wordt hier zout van --> onvruchtbaar.
En: zout water kan je niet drinken

Slide 41 - Tekstslide

Verzilting

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Tekstslide

Hitte
• Hittestress tijdens warme dagen in steden ->
  • hogere sterfte- en ziektecijfers minder productiviteit
  • meer agressie

 effect van een stedelijk warmte-eiland wordt versterkt door verstening van de stad. 

Slide 44 - Tekstslide

Hitte
Antwoord is vergroening van de stad:
- schaduw
- verkoeling door verdamping
- regenwater kan wegzakken in de bodem
klimaatbestendige inrichting

Slide 45 - Tekstslide

Slide 46 - Tekstslide

Check
3 vraagjes

Slide 47 - Tekstslide

Welke maatregel zie je hier?
A
Uiterwaard afgraven
B
Nevengeul
C
Dijkverlegging
D
Dijkverbetering

Slide 48 - Quizvraag


Welk getal geeft de zomerdijk aan?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 49 - Quizvraag

Het IJsselmeer is ....
A
Zoet
B
Zout

Slide 50 - Quizvraag

Aan de slag!

Slide 51 - Tekstslide