ik
wil koffie
drinken
ik kan morgen om 5 uur komen
koken = kan je goed koken?
hier /roken
ik wil in Amsterdam wonen
ik ga naar het werk
het werk / gaan naar
ik moet om 8 uur naar het werk gaan
mag ik hier roken?
zullen we naar het cafe gaan? / in het weekend
gaan +aparemfato (sta telos ) - we gaan nu beginnen/ ik ga boodschappen doen
ik ga een broek kopen- wat ga je in het weekend doen?
vriend -vrienden / vriendin - vriendinnen
ontmoeten = ik ga mijn vrienden ontmoeten
je mag hier niet roken