Wetten en regelgeving les 3

Les 3 wetten en regelgeving
We gaan deze les kijken naar de verschillende verzekeringen.  Je hoopt ze niet nodig te hebben, maar het is handig als ze er zijn :-)
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
wettenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Les 3 wetten en regelgeving
We gaan deze les kijken naar de verschillende verzekeringen.  Je hoopt ze niet nodig te hebben, maar het is handig als ze er zijn :-)

Slide 1 - Tekstslide

Waar ben jij allemaal voor verzekerd?

Slide 2 - Woordweb

Ja/ nee?
Mag jij zelf weten of jij je verzekerd voor iets?

Slide 3 - Woordweb

Sociale verzekering en voorzieningen
Het kan zijn dat je door omstandigheden niet kan werken. Denk aan mensen met een niet aangeboren hersenletsel, een verstandelijke beperking hebben of een psychiatrisch probleem hebben. 

Slide 4 - Tekstslide

Het socialestelsel bestaat uit:
Sociale voorzieningen> dit wordt betaald door de regering vanuit belastinggeld
Sociale verzekering> worden betaald uit premies, die worden ingehouden op je inkomen.

Slide 5 - Tekstslide

Verdeling sociale verzekeringen
Zijn onderverdeeld in:
Werknemers verzekeringen> deze zijn tegen verlies van inkomen, werkeloosheid en arbeidsongeschikt of ziek worden.  
Volksverzekeringen: Iedereen die in Nederland die een inkomen betaald premie, waardoor iedereen ook recht heeft op een uitkering.

Slide 6 - Tekstslide

Wia staat voor?
A
Wet en inkomsten naar arbeidsvermogen
B
Wet van in gebreken blijven in arbeidsvermogen
C
Wet naar inkomen naar arbeidsvermogen

Slide 7 - Quizvraag

Als iemand zegt ik zit in de ww bedoelt hij?
A
Werkloos (vrijwillig en onvrijiwillig)
B
Werkloos (onvrijwillig)
C
Werkloos (vrijwillig)
D
werkeloos als leerling of stagiaire

Slide 8 - Quizvraag

Wet WVP en ZW
De wet verbetering Poortwachter en de ziektewet zijn wetten die er voor zorgen dat jij inkomensten hebt als je ziek bent en dat je werkgever je moet helpen zo snel mogelijk weer terug te laten komen op het werk

Slide 9 - Tekstslide

Voor wie is de WVP?
A
werkgever
B
werknemer in vaste dienst
C
uitzendkracht
D
zwangerschapsverlof

Slide 10 - Quizvraag

De ZW is voor (meerdere antwoorden goed)
A
Uitzendkrachten
B
Zwangerschapsverlof
C
Vast dienstverband
D
Tijdelijk dienstverband

Slide 11 - Quizvraag

Hoe kan een werkgever zorgen dat je weer kan gaan werken?
A
Als je als VZ met krukken loopt kan je best achter een rolstoel lopen. Lopen is goed voor je
B
Als je met krukken loopt mag niet naar het werk komen.
C
Als je op krukken loopt kan je aangepaste werkzaamheden doen zoals administratie

Slide 12 - Quizvraag

Er zijn verschillende wetten
  • AWBZ verplicht (algemene wet bijzondere ziektekosten)
  • Wet langdurige zorg: De jeugdwet
  • Wet maatschappelijk ondersteuning (WMO)
  • Participatie wet
  • Zorgverzekeringswet

Slide 13 - Tekstslide

Welke wet zorgt ervoor dat mensen met een beperking zo zelfstandig mogelijk en zoveel mogelijk mee kunnen blijven doen in de maatschappij?
A
WMO ( wet maatschappelijke ondersteuning?)
B
De participatiewet
C
De algemene ouderendomswet
D
De jeugdwet

Slide 14 - Quizvraag

Wetten die met je inkomen te maken hebben
AOW krijg je als je tussen je 15de en 67ste jaar hebt gewerkt.
Nu krijgen mensen deze als ze 65 jaar en 3 maanden zijn. Jullie waarschijnlijk pas als je 70 bent.

Slide 15 - Tekstslide

Nabestaande wetten
 Mocht je partner overlijden dan krijg je aan ANW nabestaande en een halfwezenpensioen. (deze is voor een ouder met een kind jonger dan 18 jaar.)

Slide 16 - Tekstslide

Wezen
Heb je geen ouders meer dan heb je recht op een wezenpensioen als je jonger bent dan 16
  • tussen de 16 en 27 bent 
  • als je gaat studeren  
  • als je 16 / 17 jaar bent en gehandicapt

Slide 17 - Tekstslide

Laatste vraag: Hoe hoog is het halfwezenpensioen voor een ouder met een kind jonger dan 18 jaar.
A
30% van het minimumloon
B
50% van het minimumloon
C
70% van het minimunloon
D
90% van het minimum loon

Slide 18 - Quizvraag