past perfect

• MBO
• Studiejaar 4

wanneer wordt de past perfect (had + voltooid deelwoord) gebruikt?

De past perfect verwijst naar een tijd voorafgaand aan het nu. Het wordt gebruikt om duidelijk te maken dat de ene gebeurtenis plaatsvond voor de andere in het verleden. Het maakt niet uit welke gebeurtenis eerst genoemd wordt - de tijdsvorm maakt duidelijk welke het eerste plaatsvond.

In deze voorbeelden is Gebeurtenis A de gebeurtenis die het eerste plaatsvond en Gebeurtenis B de tweede of de meest recente gebeurtenis:

gebeurtenis a: John had gone out (past perfect) 

Gebeurtenis B: when I arrived in the office. (simple past)

Gebeurtenis a I had saved my document

(past perfect)

Gebeurtenis B: before the computer crashed.

(simple past) 

en andersom: Gebeurtenis B: When they arrived

Gebeurtenis A: we had already started cooking.

(past perfect)

Gebeurtenis B: He was very tired

Gebeurtenis A: because he hadn't slept well.

Wat is het verschil tussen de Past simple en de present perfect?

Je moet altijd voor de Present perfect kiezen als de tijd van een handeling niet belangrijk of niet gespecificeerd is. Je moet altijd de Simple past kiezen als de bijzonderheden over de tijd of de plaats waarop een handeling plaatsvond gegeven zijn of verzocht worden.

She ....................
(live) in China before she went to Thailand.

After they ........................
(eat) the shellfish, they began to feel sick.

If you .......................
(listen) to me, you would have got the job.

Julie didn't arrive until after I .......................
(leave).

When we .......................
(finish) dinner, we went out.

He .....................
(meet) her somewhere before.

The grass was yellow because it ............................
(not/rain) all summer.

Before they .............
(start) the party, they ....................
(invite) some friends.

He ............... (ask) me for her telephone number before he ........... (phone) her.