3.1 temperatuur meten

3.1 Temperatuur meten
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

3.1 Temperatuur meten

Slide 1 - Tekstslide

Deze les
Terugblik 3.1 
Nakijken 2 t/m 13
Uitleg rest van 3.1
Opdrachten maken

Pak je boek en laptop
Boek: blz. 112

timer
3:00

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt een vloeistofthermometer aflezen.
  • Je kunt graden Celsius omrekenen naar Kelvin
  • Je kent de begrippen meetbereik en schaalverdeling bij een thermometer.



Slide 3 - Tekstslide

Celsius
Anders Celsius (1701-1744)

0 graden Celsius is de temperatuur 
waarbij water bevriest

100 graden Celsius is de temperatuur 
waarbij water kookt

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Kelvin
William Thomson / Lord Kelvin

De schaal Kelvin wordt toegepast in de wetenschap.

0 Kelvin is het absolute nulpunt.

Slide 6 - Tekstslide

Absolute nulpunt, Kelvin en Celsius
Kelvin --> Celsius -273
Celsius --> Kelvin +273

Slide 7 - Tekstslide

Vloeistofthermometer
uitzetten: vloeistof stijgt in de stijgbuis

Slide 8 - Tekstslide

Vloeistofthermometer

Slide 9 - Tekstslide

Meetbereik

De schaalverdeling op de thermometer geeft het meetbereik aan. 

Voor elke meting is er een geschikte thermometer. 
Meetbereik:
- 20 tot 120

Slide 10 - Tekstslide

Deze thermometer is een:
A
digitaal meetinstrument
B
analoog meetinstrument

Slide 11 - Quizvraag

Wat is de temperatuur van thermometer C?

A
72 graden Celsius
B
74 graden Celsius
C
84 graden Celsius
D
86 graden Celsius

Slide 12 - Quizvraag

Wat is de temperatuur op de thermometer?
A
0 graden Celsius
B
2 graden Celsius
C
-2 graden Celsius
D
-7 graden Celsius

Slide 13 - Quizvraag

Wat is het meetbereik van de thermometer?
A
0 tot 50 graden Celsius
B
100 graden Celsius
C
- 50 tot + 50 graden Celsius

Slide 14 - Quizvraag

Wat is het meetbereik van deze thermometer?
A
-20 graden Celsius
B
van 30 tot 50 graden Celsius
C
van -30 tot +50 graden Celsius
D
20 graden Celsius

Slide 15 - Quizvraag

-273°C is 0 Kelvin
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quizvraag

50 graden Celcius = .......... Kelvin?
A
223
B
-223
C
323
D
423

Slide 17 - Quizvraag

100 graden Celsius = ... Kelvin
A
0 K
B
100 K
C
273 K
D
373 K

Slide 18 - Quizvraag

Verschillen in meetbereik
De soort vloeistof die wordt gebruikt
Een vloeistof die meer uitzet, stijgt meer in de stijgbuis. Dan liggen de getallen op de schaalverdeling verder uit elkaar. Het meetbereik is kleiner, maar de thermometer is wel nauwkeuriger.
De grootte van het reservoir
Bij een groter reservoir kan meer vloeistof uitzetten. Hierdoor stijgt de vloeistof ook meer in de stijgbuis.
De diameter van de stijgbuis
Bij een brede stijgbuis zal de vloeistof minder stijgen. De getallen op de schaalverdeling liggen dichter bij elkaar. Dan is het meetbereik wel groter, maar de nauwkeurigheid is minder.

Slide 19 - Tekstslide

Nakijken

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Vloeistofthermometer aflezen
Hoe lees je de temperatuur af op de schaalverdeling?

  1. Tussen welke twee getallen staat de vloeistof?
  2. Hoeveel stappen staan tussen die twee getallen?
  3. Hoeveel °C is elke stap dan?
  4. Hoeveel stappen staat de vloeistof vanaf het laagste getal van stap 1?
  5. Bereken het aantal graden Celsius.




Slide 23 - Tekstslide

Digitale thermometers
Op één decimaal nauwkeurig

Slide 24 - Tekstslide

Aan de slag
Afmaken paragraaf 3.1
Opdracht 15 t/m 18 en 21 t/m 24

Dit is ook het huiswerk voor morgen 
timer
10:00

Slide 25 - Tekstslide