Les 4: 1.1 Rivieren: kenmerken deel 2

§1.1 Rivieren: kenmerken deel 2
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

§1.1 Rivieren: kenmerken deel 2

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  • Terugblikken
  • Debiet/regiem
  • Vertragingstijd
  • De waterafvoer verandert
  • Aan de slag
  • Einde

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  1. De kenmerken van de stroomgebieden van de Rijn en de Maas noemen;
  2. Uitleggen hoe het veranderende klimaat en menselijk ingrijpen de waterafvoer van de Rijn en de Maas beïnvloeden;
  3. Een verband leggen tussen overstromingsgevaar en de manier waarop het rivierengebied is ingericht;
  4. beschrijven hoe in het IJsselmeergebied en de Zuidwestelijke Delta overstromingen en wateroverlast kunnen ontstaan. 

Slide 3 - Tekstslide

Het verval in de bovenloop is .... en in de benedenloop ....

timer
1:00
A
klein, groot
B
groot, gemiddeld,
C
klein, gemiddeld
D
groot, klein

Slide 4 - Quizvraag


Klik op de afbeelding om in te zoomen.
De Drentsche Aa heeft heel veel zijtakken en vele namen. 
Bij de stad Groningen mondt de Drentsche Aa, via omwegen, uit in het Noord-Willemskanaal.
In de legenda zijn twee begrippen vervangen door de letters P en Q.
Waar staan de begrippen juist bij de letters P en Q?
A
P: bovenloop, Q: benedenloop
B
P: stroomstelsel, Q: bovenloop
C
P: stroomstelsel, Q: stroomgebied
D
P: waterscheiding Q: stroomstelsel

Slide 5 - Quizvraag


Wat is het stroomgebied?
A
Het gebied waar een rivier zijn water uit verzameld
B
Het gebied waar de rivier door stroomt
C
Een gedeelte van de rivier waar de stroming het sterkst is
D
Dat is de hoofdrivier met al haar zijtakken die stroomt naar de zee

Slide 6 - Quizvraag

Het blauwe gebied op dit
kaartje is het ...
A
...stroomstelsel van de Rijn
B
...stroomgebied van de Rijn
C
...stroomstelsel van de Maas
D
...stroomgebied van de Maas

Slide 7 - Quizvraag


Wat is het verhang en verval van stukje A-B?
A
Verval 1000m Verhang 4m / km
B
Verval 2000m Verhang 8m / km
C
Verval 4 m / km Verhang 1000m
D
Verval 8m / km Verhang 2000m

Slide 8 - Quizvraag

Het verval is 4000meter en de lengte van de rivier is 3000kilometer. Wat is het verhang?
A
13 meter per kilometer
B
1,25 meter per kilometer
C
1,33 meter per kilometer
D
0,13 meter per kilometer

Slide 9 - Quizvraag

Debiet & Regiem
  • De waterafvoer verschilt per rivier en is niet het hele jaar door hetzelfde.
  • Verschillen in de waterafvoer per jaar = regiem.
  • De hoeveelheid water op een bepaalt punt per seconde = debiet.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Verklaring verschillen in debiet?

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Rivieren en klimaatverandering
Klimaatverandering zorgt voor:
  • Meer neerslag in een onregelmatig neerslagregiem.
  • Groter neerslagtekort in de zomer.
  • Smelten van gletsjers.
  • Zeespiegelstijging.
    Welke invloed heeft dit op het regiem en debiet van rivieren?

Slide 15 - Tekstslide

Bordaantekening

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Vertragingstijd
Vertragingstijd: hoeveelheid tijd die water nodig heeft om na een regenbui in de rivier te komen

Op het platteland is de vertragingstijd langer dan in de stad. Hoe zit dat?

Slide 18 - Tekstslide

Vertragingstijd

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Aan de slag!
Maak van §1.1 opdrachten 1 t/m 6

We bespreken deze zo na!

Slide 24 - Tekstslide