8.1 Het werkt

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

8 Je lichaam werkt

8.1: Het werkt

Leerdoelen

Aan het eind van deze les kan je:

• benoemen hoe cellen zijn opgebouwd
• de verschillende organenstelsel en hun functie benoemen
• benoemen waaruit een organisme is opgebouwd

Cel 

Weefsel

Organisme 

Orgaanstelsel

Orgaan

Een groep organen van een organisme met een eigen taak.

Een groep cellen met dezelfde taak

Een levend wezen 

Een deel van een organisme met dezelfde taak

Bouwsteen van elk organisme

Organisme

Geen organisme

Dier

Steen

Plant

Schimmel

Auto

Bacterie

00:05

Wat is een organisme?

00:29

Wat is een orgaan?

1. Een levend wezen
2. Een deel van je lichaam met een bepaalde functie
3. Een groepje in je lichaam die samenwerken

00:13

Wat is een orgaan?

00:30

scrhijf minimaal 3 organenstelsels op

01:36

Waarom gaat hij ongeveer een uur van voordat hij gaat sporten eten?

02:27

Noem minimaal 2 taken van de huid op die net in de video zijn uitgelegd

03:21

Waarom moet je kunnen blijven ademen onder water?

03:46

Wat betekent: uitwisseling van zuurstof en koolstofdioxide

04:06

kan jij alle 5 zintuigen die wij hebben benoemen?

Verbranding en Ademhaling

Als ik een hoge verbranding heb, kan ik dan vanbinnen verbranden?

Maak de reactievergelijking van verbranding kloppend.

+

+

  ^_______>

verbranding

koolstofdioxide

zuurstof

water

glucose

Nodig voor verbranding

Over na verbranding

Zuurstof

Koolstofdioxide

Water

(Energie)

Glucose

Je lichaam is voortdurend hard aan het werk.  Wat gebeurt er allemaal?

Hoe raakt je lichaam afvalstoffen kwijt?

Hoe raakt je lichaam afvalstoffen kwijt?

Uitscheiding: verwijderen van afvalstoffen uit je lichaam

Uitscheidingsorganen:

1. longen

2. huid

3. lever

4. nieren

Wat hebben we vandaag geleerd?

• benoemen hoe cellen zijn opgebouwd
• de verschillende organenstelsel en hun functie benoemen
• benoemen waaruit een organisme is opgebouwd

Wat heb jij geleerd wat helemaal nieuw was voor jou?

Volgende les:

8.2 Je ademt:

Huiswerk: lees blz. 40 t/m 42 en geeft antwoord op de volgende vragen:

Over welk organenstelsel gaat deze paragraaf?

Welke organen zijn belangrijk in deze paragraaf?