Lezen vwo 1 5.2 les 1

Pak een leesboek en start met lezen 
Instructie lezen
Aan het werk 
timer
10:00
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Pak een leesboek en start met lezen 
Instructie lezen
Aan het werk 
timer
10:00

Slide 1 - Tekstslide

Lezen les 1 
Doel van de les:
Ik weet welke teksten horen bij het tekstdoel overtuigen en activeren. 
Ik kan van verschillende teksten aangeven wat de tekstsoort en tekstvorm is. 
Ik kan verwijswoorden in een tekst vinden en benoemen waar het naar verwijst. 

Slide 2 - Tekstslide

timer
1:00
Welke tekstdoelen ken je?

Slide 3 - Woordweb

timer
1:00
Welke tekstsoorten ken je?

Slide 4 - Woordweb

Aan het werk 
Je krijgt een tekst uitgedeeld. Werk samen. 
Beantwoord de volgende vragen:
1. Wat is de tekstsoort
2. Wat is het tekstdoel?
3. Noteer 2 tekstverbanden met het signaalwoord.
4. Noem een verwijswoord en vertel waar het naar verwijst.
5. Formuleer de hoofdgedachte van de tekst. 

Slide 5 - Tekstslide

Route 1
Route 1: Maken opdracht 4, 11

Klaar?
Zoek een activerende of overtuigende tekst om te gebruiken voor in de les morgen. Neem deze geprint mee naar de les. 
Woorden oefenen (blz. 22/24,66/68,106/109)
Schrijfopdracht afmaken. 
 
Lezen in je leesboek 

Slide 6 - Tekstslide

Route 2
Maken opdracht 11

Klaar? 
Zoek een activerende of overtuigende tekst om te gebruiken voor in de les morgen. Neem deze geprint mee naar de les. 
Woorden oefenen (blz. 22/24,66/68,106/109)
Schrijfopdracht afmaken. 

Slide 7 - Tekstslide

Route 3
Maken opdracht 11

Klaar?
Zoek een activerende of overtuigende tekst om te gebruiken voor in de les morgen. Neem deze geprint mee naar de les. 
Woorden oefenen (blz. 22/24,66/68,106/109)
Schrijfopdracht afmaken. 

Slide 8 - Tekstslide

Bij het tekstdoel overtuigen hoort deze tekst..
A
advertentie
B
poster
C
nieuwsbericht
D
klachtenbrief

Slide 9 - Quizvraag

Bij het tekstdoel activeren hoort een volgende tekst
A
roman
B
advertentie
C
toneelstuk
D
ingezonden brief

Slide 10 - Quizvraag