H5: ontdekkingsreizen

Thema 5: De tijd van ontdekkers en hervormers 
16e eeuw: 1500 -1600 n.Chr.               Vroegmoderne tijd                                     
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Thema 5: De tijd van ontdekkers en hervormers 
16e eeuw: 1500 -1600 n.Chr.               Vroegmoderne tijd                                     

Slide 1 - Tekstslide

Aantekeningen
Zie je dit potloodje? Dan neem je de dikgedrukte en onderstreepte zin over in je schrift.


Te weinig tijd? De les wordt met je gedeeld, dan kan je tijdens zelfstandig werken verder met het overnemen.

Slide 2 - Tekstslide

Deze les
Ontdekkingsreizen.

Aan het einde van de les:

  • Je beschrijft hoe en waarom Europeanen naar Afrika en Zuid- en Oost-Azië reisden.
  • Je beschrijft hoe Europeanen grote delen van Amerika veroverden.
  • Je beschrijft hoe Europeanen begonnen met slavernij in Amerika en welke handel ze dreven.

Slide 3 - Tekstslide

Op zoek naar de Oost
In de vijftiende eeuw was er vanuit Europa veel belangstelling voor producten uit het verre oosten (Azië). De hoge vraag naar luxe producten leverde handelaren veel geld op. 

Producten als: 
  • Zijde (zachte stof)
  • Parfum
  • Specerijen (kruiden) 




Slide 4 - Tekstslide

Op zoek naar de Oost
Handel met het verre oosten is al heel oud. Via lange handelsroutes door Midden-Azië bereikte de producten zelfs het Romeinse Rijk honderden jaren voor de ontdekkingsreizen. 

Zijderoute: Een aantal routes door en rond Centraal-Azië, waarlangs de zijde het westen bereikte.  

Slide 5 - Tekstslide

Op zoek naar de Oost
De koopwaren die verhandeld werden, werden over enorme afstanden vervoerd. Het Midden-Oosten was de poort waardoor handelswaren vanuit het oosten naar het westen stroomden en andersom.

Probleem
  • Ottomaanse rijk heeft het gebied in handen
  • Producten duurder
  • Oorlog met Europese landen (Spanje) 

Slide 6 - Tekstslide

Op zoek naar de Oost
Om de macht van de Ottomanen te omzeilen zochten Europese landen een andere manier om te handelen met de oost. Dit moest via de zee. 

De volgende uitvindingen maakte dit mogelijk: 

  • Kompas. (Koers bepalen)
  • Kwadrant. (Berekenen waar je vaart)

Slide 7 - Tekstslide

Op zoek naar de Oost
De eerste ontdekkingsreizigers probeerden via het grote Afrika naar Azië te varen. 

De eerste succesvolle reis: 
  • Bartholomeus Diaz. 
  • Hij wist de zuidpunt van Afrika te bereiken en in kaart te brengen.

Later volgde: 
  • Vasco da Gama
  • Hem lukte het om India te bereiken. 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Op zoek naar de Oost
De tocht onder Afrika door was gevaarlijk en duurde erg lang. Stormen, Piraterij, ziektes aan boord en muiterij onder de bemanningsleden kwam geregeld voor.

Gevolg
  • Snellere en veiligere route zoeken

Slide 10 - Tekstslide

Columbus 
In opdracht van de Spaanse koning probeerde Columbus in 1492 via het westen naar India te varen, maar stuitte op een geheel nieuw werelddeel. 

  • Indianen (inheemse mensen) onthaalde Columbus als een god.
  • Hoog ontwikkeld beschavingen: Inca's, Azteken en Maya's.
  • Colombus riep enkele eilanden uit tot Spaans bezit.

Expansie: uitbreiding van macht of bezit.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Columbus 
De Maya’s, de Azteken en de Inca’s deden allerlei uitvindingen die hun dagelijks leven en in die van jou van pas kwamen.

Slide 13 - Tekstslide

Columbus 
Het Spaanse koninkrijk wilde gebieden veroveren. De veroveraars wisten dat er veel rijkdom (Goud en edelstenen) was te verkrijgen. Hernán Cortés was een veroveraar. 

Conquistadores: De spaande veroveraars.

Gevolg: 
  • Oorlog met de Azteken en Inca's 

Slide 14 - Tekstslide

Columbus 
In 1518 ging Hernán Cortés met een groep strijders aan wal bij het huidige Mexico. Samen met zijn leger trok hij richting de Azteekse hoofdstad met meer dan 100.000 inwoners. Al voordat ze aankwamen, liepen ze over lijken heen.

Columbiaanse uitwisseling: de uitwisseling van producten, dieren en ziektes van de oude wereld naar de nieuwe wereld.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Historische vaardigheden
Oorzaak en gevolg.
Een oorzaak kan bedoelde en onbedoelde gevolgen hebben

Bedoeld gevolg: Een gevolg dat de bedoeling was van de oorzaak
Onbedoeld gevolg:  Een gevolg dat niet de bedoeling was van de oorzaak. zonder opzet, per ongeluk. 

Slide 17 - Tekstslide

Historische vaardigheden
Standplaatsgebondenheid

Je inleven in een persoon in het verleden is heel ingewikkeld. Standplaatsgebondenheid bepaalt namelijk ook wat jij doet en denkt. 

Ga maar na: Als jij was opgegroeid in een andere tijd, in een ander land, in een andere plaats, bij een ander gezin of met andere vrienden, dan had je misschien ook anders over dingen gedacht dan je nu doet.

Slide 18 - Tekstslide

Opdrachten van de week
Maak de werkdoelen op de LearningPortal bij:


Beantwoorde criteria in je schrift
(verschillend per kleur) 

Slide 19 - Tekstslide

Aan de slag! 
  •       Ga naar de learning portal en maak de opdrachten. Beantwoord de criteria die hoort bij het leerdoel in je schrift

se se Je mag zachtjes samenwerken. Je maakt wel je eigen werk. Hierbij mag je muziek luisteren.

            Als je klaar bent, dan laat je je werk zien voor feedback.

Slide 20 - Tekstslide