Inleiding vraagstukken
1 / 14
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Als x = een getal, hoe noteer je dan het dubbel van dit getal?
A
x + 2
B
x : 2
C
2x
D
x - 2
Slide 2 - Quizvraag
Als x = een getal, hoe noteer je dan het dubbel van dit getal vermeerderd met 10?
A
2x . 10
B
2x + 10
C
x + 10
D
2x . 10x
Slide 3 - Quizvraag
Het dubbel van een getal vermeerderd met 10 is 22. Zoek dit getal.
Noteer de volledige vergelijking.
Noteer de volledige vergelijking.
A
2x + 10 = 22
B
2x + 10 + 22 = 0
C
x + 10 = 22
D
2x + 22 = 10
Slide 4 - Quizvraag
Als x = een getal, hoe noteer je dan:
het viervoud van een getal
het viervoud van een getal
Slide 5 - Open vraag
Als x = een getal, hoe noteer je dan:
het tienvoud van een getal
het tienvoud van een getal
Slide 6 - Open vraag
Als x = een getal, hoe noteer je dan:
de helft van een getal
de helft van een getal
Slide 7 - Open vraag
Als x = een getal, hoe noteer je dan:
een vijfde van een getal
een vijfde van een getal
Slide 8 - Open vraag
Als x = een getal, hoe noteer je dan:
dit getal vermeerderd met 5
dit getal vermeerderd met 5
Slide 9 - Open vraag
Als x = een getal, hoe noteer je dan:
dit getal verminderd met 8
dit getal verminderd met 8
Slide 10 - Open vraag
Als x = een getal, hoe noteer je dan:
9 minder dan een derde van dit getal
9 minder dan een derde van dit getal
Slide 11 - Open vraag
Als x = een getal, hoe noteer je dan:
de som van het zesvoud van dit getal en 5
de som van het zesvoud van dit getal en 5
Slide 12 - Open vraag
Noteer de vergelijking:
Het drievoud van een getal vermeerderd met 4 is 25.
Het drievoud van een getal vermeerderd met 4 is 25.
A
4x + 3 = 25
B
3x . 4 = 25
C
3x - 4 = 25
D
3x + 4 = 25
Slide 13 - Quizvraag
Noteer de vergelijking:
Trek 7 af van het vijfvoud van een getal en je bekomt 23.
Trek 7 af van het vijfvoud van een getal en je bekomt 23.
A
7 - 5x = 23
B
7x - 5 = 23
C
5x - 7 = 23
D
5 - 7x = 23
