In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Als het citaat achter in de zin staat,
gebruik je een dubbele punt.
Anton zei: 'Morgen heb ik een wedstrijd.'
Als het citaat voor in de zin staat,
gebruik je géén dubbele punt.
'Morgen heb ik een wedstrijd', zei Anton.
Als het citaat voor en achter in de zin staat,
'Morgen heb ik een wedstrijd', zei Anton, 'ik mag lekker thuis blijven'.