3.8 - Weefselvloeistof & Lymfe

Basisstof  3.8 - Weefselvloeistof & lymfe
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Basisstof  3.8 - Weefselvloeistof & lymfe

Slide 1 - Tekstslide

Regels in de les
  1. Laptops op tafel
  2. Telefoons uit het zicht
  3. Tijdens de uitleg ben je stil en luister en doe je mee.
  4. Bij vaker waarschuwen heb ik een driestappenplan: 
uit elkaar, extra schrijfwerk en uiteindelijk later terugkomen.
5. Bij het huiswerk maken ben je de eerste 10 minuten stil bezig. 
Daarna kan je zachtjes overleggen.

Slide 2 - Tekstslide

Planning komende tijd

Slide 3 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?
  • Uitleg Basisstof 8: Gezond Leven
  • Zelfstandig werk + Voorbereiding toets
  • Volgende les: practicum met microscoop

Slide 4 - Tekstslide

Wat doet je bloed?
timer
1:00

Slide 5 - Open vraag

Weefselvloeistof
  • Haarvaten hebben een wand van één cellaag dik.
  • Door deze wand kunnen stoffen (zuurstof / CO2) heen, maar ook vloeistoffen kunnen naar buiten.
  • Vocht buiten de haarvaten noem je weefselvloeistof
  • Weefselvloeistof bevindt zich tussen de cellen van de organen. 

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Lymfe
  • Weefselvloeistof die niet is opgenomen door de haarvaten, komt terecht in lymfevaten
  • De vloeistof heet nu lymfe.
  • Lymfevaten bevatten kleppen  zodat lymfe maar één richting in stroomt.  Bloedvaten hebben ook dit soort kleppen!

Slide 8 - Tekstslide

Het lymfevatenstelsel
  • Alle lymfevaten samen vormen het lymfevatenstelsel
  • Alle lymfe komt uiteindelijk terecht in 2 grote lymfevaten: de rechterlymfestam en de borstbuis.
  • Deze monden beide uit in aders onder sleutelbeenderen, vanaf hier komt de lymfe in de bovenste holle ader terecht.
  • Lymfeknopen zuiveren de lymfe van ziekteverwekkers.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Thema afronden
Iedereen gaat bezig met opdrachten:
- Test Jezelf 3.6
- Opdrachten 3.6: 1 t/m 3, 5 t/m 8
- Opdrachten 3.8: 1 t/m 5

Klaar? Ga bezig met voorbereiden voor de toets.
timer
10:00

Slide 12 - Tekstslide