1B- Week 2 - Present Continuous

• Engels
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Welcome 1b! Log in op lessonup!

1. Homework Check 

2. Present Continuous 

3. Quiz
4. Questions

5. New Homework

planning

Unit 3, Lesson 1 - Finish:

ex. 2, 3, 4, 5 and 6

Do:  lessonup les Present Simple

PLANNING WEEK 2

YESTERDAY

ThursdayDAY

Intro Unit 3

Grammar 3.2

DE PLANNER & HET HUISWERK ZULLEN OOK IN MAGISTER KOMEN TE STAAN.

TODAY

Grammar 3.1

Werkhouding & Planner

Present Continuous

Question Tags

Lesdoelen

- Aan het eind van deze les weten jullie wat de Present Continuous is.

- Aan het eind van deze les kunnen jullie de Present Continuous toepassen tijdens een quiz. 

1. I know what the Present Continuous is

• duurvorm / -ingvorm
• je vertaalt het met 'aan het .....'
  

2.  I can make the Present Continuous

to be (zijn)

AM

ARE

IS

werkwoord

ING

+

+

3. I know when to use the Present Continuous

• now / at the moment / listen, ..... / look, .....
  
• de handeling duurt even (aan het praten, aan het slapen, aan het lezen, etc.)
  

Present  Continuous

Zijn er vragen?

De quiz

Hoe zorg je ervoor dat een werkwoord in de Present Continuous staat?

1. -ES erachter
2. - ED erachter
3. - E erachter
4. - ING erachter

Welke zin staat in de Present continuous vorm?

1. I go to school
2. I am going to school
3. I goes to school
4. I was to school

De Present Continuous wordt gebruikt bij

1. Een handeling te beschrijven die op dit moment aan de gang is
2. Feiten
3. Tijdelijk evenement of situatie te beschrijven
4. Dingen die we met regelmaat doen.

Maak deze zin in de Present Continuous vorm
(he / watch) an interesting movie?

1. He was watching
2. He is watching
3. Is he watching
4. He watches

Maak deze zin in de Present Continuous vorm
Sue .......... (not / read) a book, but a newspaper.

1. was not reading
2. is not reading
3. has not reading
4. are not reading

Maak deze zin in de Present Continuous vorm
Sue ........ (play) tennis.

1. plays
2. played
3. has played
4. is playing

Maak deze zin in de Present Continuous vorm
All the boys and girls ......... (dance).

1. is dancing
2. dance
3. are dancing
4. danced

Look! Freddy
____________ two baskets. (carry)

Ik snap nu hoe ik de Present Continuous moet aanpakken.

1. Ja, vet makkelijk!
2. Ja, met aantekeningen moet het lukken!
3. Nee, ik twijfel nog vaak.
4. Nee, ik snap er geen snars van..

CONTINUE ON WEEK 2