Herhaling thema 7

Herhaling thema 7
Thema 7. Bloemen, vruchten en zaden.
Basisstof 1 t/m 5. 
Doelstelling 1 t/m 8

Belangrijke afbeeldingen: Afbeelding 2, 4, 9, 11, 13, 15, 17, 19 en 20
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Herhaling thema 7
Thema 7. Bloemen, vruchten en zaden.
Basisstof 1 t/m 5. 
Doelstelling 1 t/m 8

Belangrijke afbeeldingen: Afbeelding 2, 4, 9, 11, 13, 15, 17, 19 en 20

Slide 1 - Tekstslide

De bloem staat op de bloemsteel.
De bloemkelk bestaat uit 
  • Kelkbladeren

Kelkbladeren:
  • Groene bladeren 
  • Beschermen de bloemknop tegen kou en uitdroging
  • Kunnn vergroeid zijn (dan zitten ze aan elkaar vast)

Slide 2 - Tekstslide

Bloemkroon bestaat uit 
  • kroonbladeren

Kroonbladeren:
  • vaak groot en opvallend gekleurd
  • Soms juist klein en onopvallend gekleurd
  • Kunnen ook los of vergroeid zijn

Slide 3 - Tekstslide

Vrouwelijk voortplantingsstelsel

  • Stamper
  • Stempel
  • Stijl
  • Vruchtbeginsel
  • Zaadbeginsel
  • Eicel
Mannelijk voortplantingsstelsel

  • Meeldraad
  • Helmdraad
  • Helmknop
  • Helmhokje
  • Stuifmeelkorrels

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Stempel
Stijl
Kroonblad
Meeldraad
Kelk
blad
vruchtbeginsel

Slide 7 - Sleepvraag

Wat is bestuiving?
  • Het overbrengen van stuifmeel van een meeldraad  op de stempel van een stamper van een bloem van dezelfde soort.

Slide 8 - Tekstslide

Windbloemen
  • Bloemen vaak klein
  • Onopvallend gekleurd
  • Veel stuifmeel
  • Stuifmeel is licht en glad
  • Helmknoppen hangen buiten de bloem
  • Stempels hangen buiten de bloem en zijn groot en veervormig.
  • Wind neemt stuifmeel mee 
Insectenbloemen

  • Grote opvallend gekleurde kroonbladeren
  • Bevatten nectar
  • Weinig stuifmeel
  • Ruw en kleverig stuifmeel
  • Insecten strijken langs meeldraad en stamper, nemen stuifmeel mee aan hun lichaam

Slide 9 - Tekstslide

Windbloem                              Insectenbloem

Slide 10 - Tekstslide

Wat is bestuiving?

Slide 11 - Open vraag

Insectenbloem
Windbloem

Slide 12 - Sleepvraag

Windbloemen
Insecten
bloemen

Slide 13 - Sleepvraag

Bevruchting is
  • Het versmelten van de kern van de mannelijke geslachtscel (stuifmeelkorrel) met de kern van de vrouwelijke geslachtscel (eicel) .

Slide 14 - Tekstslide

Wat gebeurt er in de afbeelding?
Wat gebeurt er in de afbeelding?
  • Bestuiving
  • Stuifmeelkorrel vormt een stuifmeelbuis
  • De buis groeit door de stijl naar het zaadbeginsel in het vruchtbeginsel
  • Door de stuifmeelbuis gaat de kern van de stuifmeelkorrel
  • De kern van de stuifmeelkorrel smelt samen met de kern van de eicel (bevruchting)
Er kunnen meerdere stuifmeelbuizen tegelijk groeien. Deze gaan naar verschillende zaadbeginsels. Elke bevruchte eicel in een zaadbeginsel vormt een zaadje.

Slide 15 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen bestuiving en bevruchting?

Slide 16 - Open vraag

Wat is de functie van de stuifmeelbuis?

Slide 17 - Open vraag

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Voor elke zaad in een vrucht moet de kern van een stuifmeelkorrel zijn versmolten met een eicel

Slide 21 - Tekstslide

Peulvrucht:

Slide 22 - Tekstslide

Kelkbladeren
Zaadbeginsel
Bloemsteel

Slide 23 - Sleepvraag

Overblijfsel kelkbladeren
Overblijfsel vruchtbeginsel
Overblijfsel zaadbeginsel
Overblijfsel stijl

Slide 24 - Sleepvraag

Verspreiding van vruchten en zaden

  • Door de wind
  • Door dieren
  • Door de plant zelf

Slide 25 - Tekstslide

Door de wind
  • Hebben vaak hulpmiddelen waarmee ze lang in de lucht kunnen blijven zweven. 


Slide 26 - Tekstslide

Door dieren
  • Vruchtvlees (besjes). Vogels eten deze op en poepen de zaadjes uit.
  • Haakjes die aan de vacht van dieren blijven hangen.
  • Wintervoorraden.

Slide 27 - Tekstslide

Door de plant zelf
  • Bij sommige planten schieten of slingeren de vruchten hun zaden weg. 

Slide 28 - Tekstslide

Hoe kunnen vruchten
en zaden verspreid
worden?

Slide 29 - Woordweb

Waarom is het belangrijk dat zaden verspreid worden?

Slide 30 - Open vraag

Noem 3 manieren waarop zaden worden verspreid

Slide 31 - Open vraag

Belangrijke afbeeldingen thema 7

Afbeelding 2, 4, 9, 11, 13, 15, 17, 19 en 20

Slide 32 - Tekstslide