Dans - traditie/ innovatie

DANS
traditie - innovatie
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
CKVMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 7 videos.

Onderdelen in deze les

DANS
traditie - innovatie

Slide 1 - Tekstslide

Dans is de kunst van het bewegen van je lichaam.
Bewegingen worden pas dans als de danser er iets mee wil vertellen of wil laten zien.

Relatie tussen deze dimensie en CKV:
Kunst verhoudt zich altijd tot één of meer tradities (kunstvormen, genres, stromingen, voorgangers). Die verhouding kan allerlei vormen krijgen: herhaling, uitwerking en variatie, omvorming, maar ook verzet en afwijzing. 
En: In elke tijd kunnen bepaalde tradities gekoesterd worden en/of sneuvelen en plaats maken voor nieuwe gewoonten, afspraken en gebruiken (die wellicht vanzelf ooit weer deel van een traditie kunnen zijn). Is innovatie alleen mogelijk bij gratie van traditie? Wat is traditie (waarde, betekenis, functie)? Is er sprake van innovatie of niet? Kunnen bijvoorbeeld traditie en innovatie naast elkaar bestaan?
Een traditie kan iets van een specifieke groep kunstenaars zijn, wanneer zij bewust of onbewust op een bepaalde manier ontwerpen. Denk maar aan hoe de architecten van de Amsterdamse School hebben gebouwd. Wat eerst innovatief was, is nu verworden tot traditie. Daarentegen worden er sinds 1927 bij belangrijke gebeurtenissen binnen het Koningshuis traditionele Oranjevaasjes ontworpen door Royal Leerdam glasfabriek. Inmiddels hebben bekende Nederlandse kunstenaars en ontwerpers hun naam verbonden aan deze vaasjes. Hoe verhoudt deze kunst zich tot de traditie?
Welke dansstijlen ken je?

Slide 2 - Woordweb

Welke zijn innovatie en welke traditioneel? Waarom denk je dat?
[door innovatie onstaan weer nieuwe tradities]
Achtergrondinfo:
Je hoeft geen danskenner te zijn om het verschil te zien tussen klassiek ballet (of academisch ballet) en urban dans. De verschillen zitten onder meer in de bewegingen die worden gemaakt, de kleding die wordt gedragen of de muziek waarop wordt gedanst. Denk alleen al aan tutu's, baggy trousers, gympen of spitzen (pointes). Beide dansvormen kennen een bepaalde traditie in ontwikkeling voor wat betreft choreograferen, danstechniek, uitvoeringslocatie, ideaaltypen of leerscholen.
Binnen het klassiek ballet wordt er gedanst volgens de traditie van de 'Academie Royale de Danse' in 1661 opgericht door Lodewijk de XIV. Zijn bijnaam van de Zonnekoning heeft hij overigens te danken aan de rol die hij had in een van de voor hem gemaakte hofballetten. Wat was de functie, betekenis en waarde van die vorm van dans? Deze danstraditie heeft zich ontwikkeld tot het ballet zoals we dat nu kennen van bijvoorbeeld Het Nationaal Ballet (Amsterdam). Die ontwikkeling was in eerste instantie mogelijk dankzij bijzondere innovaties voor wat betreft choreografie (andere onderwerpen), techniek, belichting en decor (dansers werden letterlijk getild en getoond als feeërieke, zwevende wezens). Ook vernieuwing binnen de danstechniek (ideaal was om door eigen lichaamsbeheersing als het ware boven de grond te kunnen zweven) of andere kostuums (van hoepelrok naar lichte, korte tutu's en de ontwikkeling van spitzen) speelden hierbij een rol.
0

Slide 3 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Op welke manier herken je traditie/ innovatie in deze dans?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Op welke manier herken je traditie/ innovatie in deze dans?

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

6 danskenmerken
 voorstelling [betekenis]
ruimte - tijd - kracht
expressie [emoties uitdrukken]
 theatervormgeving [muziek, decor, kostuums, licht, grime, rekwisieten]

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

VOORSTELLING - Wat zie je?
VOORSTELLING - wat zie je?

Slide 8 - Tekstslide

De inhoud van een dansstuk noemen we 'voorstelling'. Wat zie je op het podium?
Is de voorstelling verhalend, thematisch of niet verhalend?
A
niet verhalend, het gaat alleen om de dans zelf
B
verhalend, ik denk dat er een heel verhaal wordt verteld
C
thematisch, niet alleen de dans maar ook de technologie is belangrijk
D
niet verhalend, het gaat alleen om de sfeer

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Verhalend:
In de clip Papaoutai (papa, waar ben je?) van zanger Stromae zien we het verhaal van een vader en een zoon. De vader lijkt door zijn afwezige blik en bevroren houdingen meer op een pop, die niet echt aanwezig is voor zijn kind. Omdat het jongetje andere kinderen met hun vader ziet dansen probeert hij de zijne met allerlei heftige en grappige dansbewegingen tot leven te roepen.
RUIMTE - tijd - kracht

Slide 11 - Tekstslide

Een dansbeweging ontstaat vanuit het lichaam als instrument. Hiermee kan je experimenteren en variëren in tijd (tempo, duur, ritme) en kracht (spierkracht, zwaartekracht) en het gebruik van ruimte (groot/klein, afstand, richting, patronen). Een dansbeweging is een mix van tijd, kracht en ruimte die samenkomen.
Wat zie je aan bewegingsRUIMTE?

Slide 12 - Tekstslide

gebruik van ruimte (groot/klein, afstand, richting, patronen). 
De ruimte waarin wordt gedanst, beïnvloedt de dans. Om het publiek te bereiken moeten dansers in een fabriekshal grotere bewegingen maken dan op een klein podium.
Wat zie je aan bewegingsruimte bij 'Flirt with reality'?
A
De bewegingsrichting is horizontaal
B
De hoogtelaag is laag
C
De dansers bewegen in patronen
D
De dansers gebruiken de hele ruimte

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 14 - Video

Ruimte: (afspelen van 0.56-1.20)
In Papaoutai zie je dat de dansers zich bijna niet verplaatsen, maar de bewegingen op dezelfde plek uitvoeren. In de duetten van de zonen en de vaders staan de dansers dicht naast of achter elkaar. 
ruimte - TIJD - kracht

Slide 15 - Tekstslide

Sommige dansstukken duren meer dan 3 uur, ander maar een paar minuten.
Tijd is ook belangrijk binnen het dansstuk zelf: tempo en ritme.
Choreografen, kunnen bijv spelen met plotselinge freezes, de dansers in canon laten dansen (elkaar opvolgend) of juist synchroon (allemaal tegelijk) en bewegingen eindeloos laten herhalen.
0

Slide 16 - Video

Tijd: (afspelen van 2.50-3.35)
De vader in Papaoutai is het grootste deel van de clip in een freeze te zien, terwijl de zoon juist heel snel en ritmisch beweegt.
Er is één moment waarop de vader tot leven lijkt te komen en het duo heel kort synchroon danst. Al snel verstijven de houterige bewegingen van de vader en belandt hij weer in zijn bevroren toestand.
ruimte - tijd - KRACHT

Slide 17 - Tekstslide

Een danser gebruikt spierkracht om te dansen. De hoeveelheid kracht bepaalt hoe een beweging overkomt.
1. ontspannen - vloeiende beweging - zachte uitstraling
2. meer spierspanning - onderbroken stijl - fel - meer nadruk aan de beweging
Expressie - emoties uitbeelden

Slide 18 - Tekstslide

In een dansvoorstelling drukken de dansers emoties uit In sommige stukken wordt dit heel precies vormgegeven door de choreograaf, bijv met mime, gebaren en gezichtsuitdrukkingen.
In andere choreografieën ligt de nadruk veel meer op de uitdrukkingskracht van de dans bewegingen.

Slide 19 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Hoe worden de emoties weergegeven in 'The Greatest'?

Slide 20 - Tekstslide

- heel precies met mime, gebaren en gezichtsuitdrukkingen?
- uitdrukkingskracht van de dansbewegingen?
Theatervormgeving

Slide 21 - Tekstslide

Met theatervormgeving bedoelen we decor, licht, kostuum, muziek en geluid, grime en rekwisieten. Deze hulpmiddelen helpen de voorstelling van het dansstuk duidelijker te maken of te versterken.

Slide 22 - Video

vanaf 12.22
ZELF AAN DE SLAG!  [kies opdracht 1 of 2]

Maak een dans en voer dit uit:
- opdracht 1: Kungfu-dans
- opdracht 2: dans met attributen 

criteria:
- gebruik min. 3 danskenmerken
[voorstelling, ruimte, tijd, kracht, expressie, theatervormgeving]
- verwerk traditie en/of innovatie in je/ jullie dans

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies