MC T4 signaalwoorden A

signaalwoorden kant A
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

signaalwoorden kant A

Slide 1 - Tekstslide

Uitbreiding / opsomming
Tegenstelling
Reden / oorzaak
also
besides
second
indeed
neither...nor
or
admittedly
but
conversely
even so
in spite of
after all
because
therefore

Slide 2 - Sleepvraag

Uitbreiding / opsomming
Tegenstelling
Reden / oorzaak
and
both ... and
furthermore
in fact
not only ... but also
what's more
though / although
by contrast
despite
however
instead
as
for
therefore

Slide 3 - Sleepvraag

Uitbreiding / opsomming
Tegenstelling
Reden / oorzaak
as well as
even
in addition
moreover
one ... another
what's more
besides
certainly
either ... or
in fact
nevertheless
as a result of
since
for

Slide 4 - Sleepvraag

Vertaal:
despite

Slide 5 - Open vraag

Vertaal:
however

Slide 6 - Open vraag

Vertaal:
as well as

Slide 7 - Open vraag

Vertaal:
indeed

Slide 8 - Open vraag

Vertaal:
in fact

Slide 9 - Open vraag

Vertaal:
as

Slide 10 - Open vraag

Vertaal:
for

Slide 11 - Open vraag

Vertaal:
therefore

Slide 12 - Open vraag

Vertaal:
admittedly

Slide 13 - Open vraag

Vertaal:
certainly

Slide 14 - Open vraag

Vertaal:
instead

Slide 15 - Open vraag

Vertaal:
neither ... nor

Slide 16 - Open vraag

Vertaal:
third

Slide 17 - Open vraag

Vertaal:
though / although

Slide 18 - Open vraag

Vertaal:
both ... and

Slide 19 - Open vraag

Welke woorden betekenen allemaal 'bovendien' (meer opties mogelijk)
A
what's more
B
furthermore
C
in addition
D
moreover

Slide 20 - Quizvraag

Welke woorden betekenen allemaal 'sterker nog' (meer opties mogelijk)
A
indeed
B
furthermore
C
in fact
D
moreover

Slide 21 - Quizvraag

Welke woorden betekenen allemaal 'ondanks' (meer opties mogelijk)
A
in spite of
B
however
C
by contract
D
despite

Slide 22 - Quizvraag

Welke woorden betekenen allemaal 'aangezien' (meer opties mogelijk)
A
since
B
as
C
for
D
after all

Slide 23 - Quizvraag