Oefentoets leesvaardigheid havo 1 periode 2

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Oefentoets leesvaardigheid

Ter voorbereiding op de toets afrondweek 2

Wat heb je nodig?

1. tekstblad

2. apparaat

1. Wat is de hoofdgedachte van een tekst? (1p)

1. één volledige zin, die samenvat wat over het onderwerp gezegd wordt
2. één woord of een paar woorden die aangeven waar de tekst over gaat
3. de mening van een lezer over de tekst
4. het eerste deel van een tekst

2 Wat is het onderwerp van de tekst? (1p)

1. basisschool De Disselboom
2. basisschool De Rank
3. lichtexperiment met SchoolVision
4. verlichtingssysteem SchoolVision

3 Welke leesstrategie heb je gebruikt om het antwoord op vraag 2 te vinden? Licht je antwoord toe. (1p)

4 Uit welke alinea(’s) bestaat de inleiding van de tekst? (1p)

1. alinea 1
2. alinea 1 en 2
3. alinea 1, 2 en 3
4. alinea 1, 2, 3 en 4

5 Wat is de juiste volgorde gelet op alinea 3? (2p)

1. licht – emotie – prikkel – gedrag
2. licht – prikkel – emotie – gedrag
3. prikkel – gedrag – licht – emotie
4. prikkel – licht – emotie – gedrag

6 Waarvan is een reken- of leesopdracht om alleen te doen een voorbeeld? (2p)

7 Welke resultaten kwamen uit het laboratoriumexperiment naar voren? (2p)
Er zijn meerdere antwoorden mogelijk.

1. Leerlingen kunnen in de ruststand veel sneller een puzzel oplossen dan in de standaardstand.
2. Leerlingen met het SchoolVision-systeem scoorden gemiddeld achttien procent hoger op concentratietesten dan de kinderen zonder deze verlichting.
3. Leerlingen praten bij het licht in de energiestand meer met elkaar.
4. Leerlingen van basisschool de Rank kunnen zich niet concentreren.

8 Uit welke alinea(’s) bestaat het slot van de tekst? (2p)

1. alinea 5, 6, 7 en 8
2. alinea 6, 7 en 8
3. alinea 7 en 8
4. alinea 8

9 Waaraan kun je zien dat dit het slot is? (2p)

1. Er wordt aangesloten bij de inleiding.
2. Er wordt een anekdote gegeven.
3. Er wordt naar de toekomst gekeken.
4. Het belangrijkste uit de tekst wordt herhaald.

10 Wat is de hoofdgedachte van de tekst? (2p)

1. Basisschool de Disselboom deed mee aan een experiment met biodynamische verlichting.
2. Iedereen kan tienen halen als er met speciale verlichting wordt gewerkt.
3. Uit een lichtexperiment op basisscholen blijkt dat biodynamische verlichting kan helpen bij het verbeteren van schoolprestaties.
4. Vooral leeftijd, achtergrond en intelligentie van kinderen spelen een grote rol bij hun schoolprestaties.

11. Het volgende woord staat in de tekst. Wat is de juiste betekenis? (1p)
Motivatie (al.1)

1. druk
2. oplettend
3. uitwerking; gevolg
4. drijfveer; reden waarom je iets doet

12. Het volgende woord staat in de tekst. Wat is de juiste betekenis? (1p)
effect(al.2)

1. invloed hebben op
2. oplettend
3. uitwerking;gevolg
4. sterk;krachtig

13. Het volgende woord staat in de tekst. Wat is de juiste betekenis? (1p)
intensief(al.4)

1. druk
2. oplettend
3. (verricht) werk; vervulling van taken; resultaten
4. sterk; krachtig

14. Het volgende woord staat in de tekst. Wat is de juiste betekenis? (1p)
prestaties(al.7)

1. drijfveer; reden waarom je iets doet
2. zinloos
3. (verricht) werk; vervulling van taken; resultaten
4. uitwerking; gevolg