The Great Exhibition

The Great Exhibition 1851
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

The Great Exhibition 1851

Slide 1 - Tekstslide

Inleiding
In 1851 werd in Londen de eerste wereldtentoonstelling gehouden. Tijdens de ‘Great Exhibition’ lieten 28 landen zich van hun beste kant zien. De nieuwste uitvindingen en modernste snufjes werden vertoond. Maar liefst 6 miljoen mensen bezochten de tentoonstelling; dat is een derde van de Engelse bevolking destijds!
In deze opdrachten kom je meer te weten over het hoe en waarom van deze wereldtentoonstelling.

De vragen vind je in deze lessonup en beantwoord je hier. De bronnen die bij deze vragen horen staan in som bij de lesstof van vandaag in een PDF. 

Slide 2 - Tekstslide

Gebruik bron 1 en 2.
1. Wat waren de verschillende redenen voor het organiseren?
a. Noem een politieke reden.

Slide 3 - Open vraag

Gebruik bron 1 en 2.
1. Wat waren de verschillende redenen voor het organiseren?
b. Noem een nationalistische reden.

Slide 4 - Open vraag

Gebruik bron 1 en 2.
1. Wat waren de verschillende redenen voor het organiseren?
c. Noem een economische reden.

Slide 5 - Open vraag

Gebruik bron 1 en 2.
1. Wat waren de verschillende redenen voor het organiseren?
d. Noem een academische/wetenschappelijke reden.

Slide 6 - Open vraag

Gebruik bron 1 en 2.
1. Wat waren de verschillende redenen voor het organiseren?
e. Noem een moreel/idealistische reden.

Slide 7 - Open vraag

Gebruik bron 3.
2. Wat werd er tentoongesteld? Noem drie verschillende uitvindingen/noviteiten:

Slide 8 - Open vraag

Gebruik nogmaals bron 3.
3. Welk verband bestaat er tussen:
a. De Industriële Revolutie en de wereldtentoonstelling?

Slide 9 - Open vraag

Gebruik nogmaals bron 3.
3. Welk verband bestaat er tussen:
b. De Industriële Revolutie en het Crystal Palace?

Slide 10 - Open vraag

Gebruik bron 4.
4. Hoe zie je het belang van het Britse Rijk terug in de wereldtentoonstelling?

Slide 11 - Open vraag

5. Stel, iemand die de tentoonstelling in 1851 heeft bezocht, komt in het hedendaagse Londen terecht. Wat zou hem opvallen in positieve zin en wat zou hem opvallen in negatieve zin? Denk hierbij aan het verkeer, de gebouwen, het nieuws, verschillen tussen rijk en arm.

Slide 12 - Open vraag

6. Stel, jullie mogen een wereldtentoonstelling in Nederland organiseren. Waar zou je dat doen? Wie zou de tentoonstelling openen? En wat zou het meesterstuk zijn dat Nederland op de kaart zet? Motiveer je antwoorden!

Slide 13 - Open vraag