4.5 het buurtprofiel

Buurtprofiel



par. 4.5
H4 Stedelijke gebieden
Leefomgeving

1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Buurtprofiel



par. 4.5
H4 Stedelijke gebieden
Leefomgeving

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel vandaag
  • Je weet uit welke elementeneen buurtprofiel is opgebouwd
  • Je weet welke bewonerskenmerken en welke woningkenmerken er bij een foto van een buurt passen
  •  Je kunt een buurtprofiel maken van je eigen buurt a.d.h.v. websites op internet
  • Je kunt dit profiel presenteren aan de klas

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Begrippen
Buurtprofiel
Woningkenmerken
Bewonerskenmerken
Segregatie
WOZ Waarde
VINEX wijk
Sociale huur
Openbare ruimte
Sociale Cohesie

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Arnhem, Gelderland

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Vragen bij video Klarendal
  1. Hoe past de term sociale cohesie bij deze video?
  2. Welke bewonerskenmerken passen hier in deze wijk?
  3. Welke woningkenmerken zie je in deze wijk?
  4. Gaat het hier om koopwoningen of om huurwoningen
  5. Noteer de 4 termen onder elkaar in je schrift en noteer tijdens de video er achter wat je ziet/denkt.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Wie van jullie woont in een koopwoning of een huurwoning?
A
Koop
B
Huur
C
Anders

Slide 13 - Quizvraag

Wat voor type woning?
A
Vrijstaand
B
Geschakeld
C
Appartement/flat
D
Caravan/chalet

Slide 14 - Quizvraag

Woningkenmerken

  • ouderdom
  • eigendom
  • woningtype
  • staat van onderhoud

Slide 15 - Tekstslide

Wat is de samenhang tussen woning- en bewonerskenmerken?

Slide 16 - Open vraag

Kwaliteit woningvoorraad
Aan woningen is te zien in welke tijd ze gebouwd werden en hoe de leefomstandigheden op dat moment waren. 

  • Eind 19e eeuw: industrialisatie en urbanisatie, goedkope huurwoningen voor arbeiders. Slechte leefomstandigheden -> 1901 woningwet;
  • Na WOII: woningnood, goede kleine eengezinswoningen;
  • Woningnood blijft aan: portiekflats met plantsoenen en parkeerplaatsen;
  • Jaren '70: galerijflats, ruime flats, veel voorzieningen en openbaar groen;
  • Na 1980: stadsvernieuwing + nieuwbouwwijken middeninkomens;
  • Na 1985: aantrekkelijke stad -> nieuwe dure huizen en renovatie van oude wijken.

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Samenhang tussen woningkenmerken + bewonerskenmerken
Oudere, goedkopere, slecht onderhouden huurwoningen (flatwijken, vooroorlogse wijken) -> arme mensen (mensen met migratie-achtergrond, alleenstaande ouders, ouderen)

duurdere, goed onderhouden koopwoningen (jaren '30, vinex, monumentale stadswoningen -> hoger inkomen (gezinnen met kinderen en mensen zonder migratie-achtergrond)


Slide 19 - Tekstslide

19e -eeuwse arbeiderswijk
Vroeger arm, nu populair onder relatief jonge (rijke) mensen met 1 of 2 kinderen

Slide 20 - Tekstslide

Woningkenmerken?
±1910, woningbouwcorporatie, etagewoningen, goed onderhouden.

Bewonerskenmerken?
Kleine huishoudens, mensen met migratie-achtergrond, laag inkomen, veel alleenstaanden.

Slide 21 - Tekstslide

Woningkenmerken?
Jaren '60/'70, corporatie (huur), galerijflat, vaak redelijk goed onderhouden.

Bewonerskenmerken?
Ruime flats: grotere huishoudens met kinderen, mensen met migratie-achtergrond, laag-midden inkomen.

Slide 22 - Tekstslide

Woningkenmerken?
Na 1990, koop en ± 30% sociale huur, rijtjes / appartementen, vrijstaand, goed onderhouden, want nieuw.

Bewonerskenmerken?
Gemiddeld grotere huishoudens, hogere inkomens, autochtonen, gezinnen met kinderen.

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Welke aanpassingen zou jij maken in je eigen buurt?

Slide 25 - Woordweb

Opdracht

Maak een buurtprofiel van je eigen buurt
+/- 10 minuten



Slide 26 - Tekstslide

Links:
https://nl.wikipedia.org/wiki/Wijken_en_buurten_in_houten

Google: Buurtprofiel (naam wijk/buurt)
-> Bijv.: Weetmeer.nl
(aantal inwoners,  aantal huishoudens, bevolkingsdichtheid, vraagprijs, personen per huishouden, type huishouden, gemiddelde leeftijd, % hoge en lage inkomens, wat is opvallend hoog of laag, type woningen)

Slide 27 - Tekstslide

Geef een omschrijving van je buurtprofiel op basis van de 3 kenmerken.

Slide 28 - Woordweb