Les 2 FA Bewegingen

Les 2 Functionele anatomie
Bewegingsmogelijkheden
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
Fitnesstrainer AMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Les 2 Functionele anatomie
Bewegingsmogelijkheden

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik vorige les
Weten we het nog?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke functie heeft het skelet niet
A
Kracht om te bewegen
B
Steun aan het lichaam
C
Mogelijkheid tot bewegen
D
Bescherming van de organen

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Os Sacrum
Os Ischii
Os Ilium
Os Pubis

Slide 4 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel Thoracale vertebra heeft een mens?
A
7
B
10
C
12
D
15

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Os clavicula
Os scapula
Os humerus
Os costa
Colomna vertebralis
Os ulna
Os radius
Os patella
Os tibia
Os fibula
Os sternum
Pelvis
Os femur

Slide 6 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bewegingsmogelijkheden
Aan het eind van deze week kun je:
de bewegingen van het boven- en onderlichaam benoemen

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Sagittale vlak = verdeelt lichaam in een linker- en rechterhelft. Het sagittale vlak beweegt om de transversale as.
Transversale as = voorwaarts/achterwaarts bewegen. Transversale as als tafelvoetvalpoppetje.
Transversale vlak = verdeelt lichaam in boven- en onderzijde. Het transversale vlak beweegt om de longitudinale as.
Longitudinale as = altijd rotaties.
Frontale vlak = verdeelt lichaam in voor- en achterzijde. Het frontale vlak beweegt om de sagittale as.
Sagittale as = zijwaarts bewegen
Bewegingsmogelijkheden schoudergewricht (1)

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bewegingsmogelijkheden schoudergewricht (2)

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In welk gewricht kan exorotatie plaatsvinden?
A
het ellebooggewricht
B
Het polsgewricht
C
Het enkelgewricht
D
Het schoudergewricht

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke beweging vindt plaats bij het uitvoeren van een side raise?
A
Anteflexie
B
Abductie
C
Retroflexie
D
Extensie

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bewegingsmogelijkheden heupgewricht
Anteflexie
In voorwaartse richting heffen
Retroflexie
In achterwaartse richting heffen
Abductie
Van het lichaam af brengen
Adductie
Naar het lichaam toe brengen
Exorotatie
Naar buiten draaien
Endorotatie
Naar binnen draaien

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bewegingsmogelijkheden elleboog en knie

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bewegingsmogelijkheden elleboog

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bewegingsmogelijkheden pols

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bewegingsmogelijkheden enkel

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bewegingsmogelijkheden wervelkolom

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bewegingsmogelijkheden schoudergordel

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bewegingsmogelijkheden schoudergordel

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke beweging vindt plaats bij het uitvoeren van een calf raise?
A
Elevatie
B
Depressie
C
Dorsaalflexie
D
Plantairflexie

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In welk anatomisch vlak en as wordt bewogen bij een bicep curl?
A
Transversale vlak en sagittale as
B
Sagittale vlak en sagittale as
C
Sagittale vlak en transversale as
D
Transversale vlak en transversale as

Slide 22 - Quizvraag

Sagittale vlak = verdeelt lichaam in een linker- en rechterhelft. Het sagittale vlak beweegt om de transversale as.
Transversale as = voorwaarts/achterwaarts bewegen. Transversale as als tafelvoetvalpoppetje.
Transversale vlak = verdeelt lichaam in boven- en onderzijde. Het transversale vlak beweegt om de longitudinale as.
Longitudinale as = altijd rotaties.
Frontale vlak = verdeelt lichaam in voor- en achterzijde. Het frontale vlak beweegt om de sagittale as.
Sagittale as = zijwaarts bewegen
Bewegingen bovenlichaam
Ledemaat/gewricht
Beweging
Vertaald
Schouder/arm
1. Abductie
2. Adductie
3. Anteflexie
4. Retroflexie
5. Endorotatie
6. Exorotatie
1. Van lichaam af
2. Naar lichaam toe
3. In voorwaartse richting heffen
4. In achterwaartse richting heffen
5. Naar binnen draaien
6. Naar buiten draaien
Schouderblad
1. Elevatie
2. Depressie
3. Retractie
4. Protractie
1. Schouderblad omhoog trekken
2. Schouderblad omlaag trekken
3. Schouderblad naar achteren trekken
4. Schouderblad naar voren trekken
Wervelkolom/torso
1. Ventraalflexie
2. Dorsaalflexie
3. Lateraalflexie
4. Torsi
1. Naar voren buigen van wervelkolom
2. Naar achteren buigen van wervelkolom
3. Zijwaarts buigen van wervelkolom
4. Draaien van wervelkolom
Pols/hand
1. Pronatie
2. Supinatie
3. Palmairflexie
4. Dorsaalflexie
1. Naar binnen draaien hand
2. Naar buiten draaien hand
3. Vingers naar handpalm
4. Vingers naar handrug

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bewegingen onderlichaam
Ledemaat/gewricht
Beweging
Vertaald
Been
1. Anteflexie
2. Retroflexie
3. Abductie
4. Adductie
5. Endorotatie
6. Exorotatie
1. In voorwaartse richting heffen
2. In achterwaartse richting heffen
3. Van lichaam af
4. Naar lichaam toe
5. Naar binnen draaien
6. naar buiten draaien
Knie
1. Flexie
2. Extensie
1. Buigen been
2. Strekken been
Enkel/voet
1. Plantairflexie
2. Dorsaalflexie
1. Strekken enkel
2. Buigen enkel

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelen behaald?
Kun je:
De bewegingen van het boven- en onderlichaam benoemen?

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies