§4 Drogredenen

Cursus 6 Argumenteren

4 Drogredenen
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Cursus 6 Argumenteren

4 Drogredenen

Slide 1 - Tekstslide

Stel vast van welke drogreden er sprake is:
De laatste kabinetsformatie heeft maar liefst zeven maanden geduurd; het kan niet anders dan dat dit kabinet zeer succesvol zal zijn.
A
onjuist beroep op het kenmerk- of eigenschapsschema
B
onjuist beroep op het autoriteitsschema
C
onjuist beroep op het oorzaak-gevolgschema
D
onjuist beroep op het voor- en nadelenschema: overdrijven

Slide 2 - Quizvraag

Stel vast van welke drogreden er sprake is:
Het is een bijzonder goed plan om de openingstijden van de bibliotheken te verruimen: je zult zien dat men twee keer zo veel gaat lezen.
A
onjuist beroep op het kenmerk- of eigenschapsschema
B
onjuist beroep op het autoriteitsschema
C
onjuist beroep op het oorzaak-gevolgschema
D
onjuist beroep op het voor- en nadelenschema: overdrijven

Slide 3 - Quizvraag

Stel vast van welke drogreden er sprake is:
Je vader vindt het ook beter dat je vanavond bijtijds thuiskomt.
A
onjuist beroep op het kenmerk- of eigenschapsschema
B
onjuist beroep op het autoriteitsschema
C
onjuist beroep op het oorzaak-gevolgschema
D
onjuist beroep op het voor- en nadelenschema: overdrijven

Slide 4 - Quizvraag

Stel vast van welke drogreden er sprake is:
Hans zal wel voor een Amerikaanse aanval op IS zijn; hij is immers twintig jaar beroepssoldaat geweest.
A
onjuist beroep op het kenmerk- of eigenschapsschema
B
onjuist beroep op het autoriteitsschema
C
onjuist beroep op het oorzaak-gevolgschema
D
onjuist beroep op het voor- en nadelenschema: overdrijven

Slide 5 - Quizvraag

Stel vast van welke drogreden er sprake is:
Waarom mag ik mijn pet niet ophouden? Koningin Máxima heeft ook vaak een hoed op.
A
onjuist beroep op het voorbeeldschema: overhaaste generalisatie
B
onjuist beroep op het vergelijkingsschema: verkeerde vergelijking
C
onjuist beroep op het oorzaak-gevolgschema
D
onjuist beroep op het voor- en nadelenschema: vals dilemma

Slide 6 - Quizvraag

Stel vast van welke drogreden er sprake is:
Volgens de vakbonden staan we voor de keus: meer geld of slechter onderwijs.
A
onjuist beroep op het voorbeeldschema: overhaaste generalisatie
B
onjuist beroep op het vergelijkingsschema: verkeerde vergelijking
C
onjuist beroep op het oorzaak-gevolgschema
D
onjuist beroep op het voor- en nadelenschema: vals dilemma

Slide 7 - Quizvraag

Stel vast van welke drogreden er sprake is:
Toen ik verkouden was, heb ik vitamine C geslikt. Volgens mij is mijn verkoudheid daardoor overgegaan.
A
onjuist beroep op het voorbeeldschema: overhaaste generalisatie
B
onjuist beroep op het vergelijkingsschema: verkeerde vergelijking
C
onjuist beroep op het oorzaak-gevolgschema
D
onjuist beroep op het voor- en nadelenschema: vals dilemma

Slide 8 - Quizvraag

Stel vast van welke drogreden er sprake is:
Het regent altijd in Londen: we waren er drie dagen en het is er geen moment droog geweest.
A
onjuist beroep op het voorbeeldschema: overhaaste generalisatie
B
onjuist beroep op het vergelijkingsschema: verkeerde vergelijking
C
onjuist beroep op het oorzaak-gevolgschema
D
onjuist beroep op het voor- en nadelenschema: vals dilemma

Slide 9 - Quizvraag

Overtreden van een discussieregel
De tweede groep drogredenen wordt gevormd door gevallen waarbij iemand zich niet houdt aan een discussieregel. Deze drogredenen hoor je het vaakst in discussies en debatten, maar ze kunnen ook in geschreven teksten voorkomen. Bij het overtreden van een discussieregel worden er vaak geen argumenten gegeven; deze drogredenen zijn meestal te herkennen aan de (gekleurde) formulering.

Slide 10 - Tekstslide

Persoonlijke aanval
Van een persoonlijke aanval is sprake wanneer iemand niet ingaat op de argumenten van zijn tegenstander, maar in plaats daarvan de tegenstander beschuldigt van onkunde, onbetrouwbaarheid of andere slechte eigenschappen. Er wordt op de man gespeeld: de persoon wordt aangevallen, niet zijn standpunt. De tegenstander wordt als gesprekspartner dus niet serieus genomen.
 
– Verschrikkelijk. Wat een warhoofd is Fetze Alsvanouds en hij is ook nog ooit benoemd als hoogleraar. Hij is absoluut geen reclame voor de Universiteit van Harderwijk. Kunnen ze daar geen betere hoogleraren krijgen?

Slide 11 - Tekstslide

Ontduiken van de bewijslast
Bij deze drogreden beweert iemand iets om vervolgens van de andere partij ‘bewijs voor het tegendeel’ te vragen. Ook als iemand in een discussie of debat geen argumenten voor zijn standpunt wil geven, heet dat ontduiken van de bewijslast.

– Ik heb nog geen goed argument gehoord tegen mijn opvatting dat het met de klimaatverandering allemaal wel losloopt.


Slide 12 - Tekstslide

Vertekenen van het standpunt
Bij het vertekenen van het standpunt wordt het standpunt of een argument van de tegenstander onjuist weergegeven. De tegenstander wordt dan een standpunt of argument in de mond gelegd dat hij niet heeft ingenomen. Dat is dan meestal een uitspraak die niet zo makkelijk te verdedigen is.

– De Amerikaanse president zegt dat Europa meer geld aan zijn defensie moet uitgeven. Zie je wel dat hij liever niets meer met Europa te maken heeft.

Slide 13 - Tekstslide

Bespelen van het publiek
Soms formuleert iemand zijn standpunt zó dat het moeilijker wordt om ertegen in te gaan. Dat heet het bespelen van het publiek. Op deze manier probeert iemand een afwijkende mening te voorkomen.

– Mensen die ook maar een beetje goede smaak hebben, zullen zich echt niet verlagen om naar de Toppers te gaan.

Slide 14 - Tekstslide

Cirkelredenering
De cirkelredenering is een logische fout. Hierbij wordt het standpunt ondersteund door het herhalen van datzelfde standpunt, maar dan anders geformuleerd. Als iemand geen andere argumenten noemt, maakt hij zich behalve aan een cirkelredenering ook nog schuldig aan het ontduiken van de bewijslast. Vandaar dat de cirkelredenering bij de overtredingen van de discussieregels wordt gerekend.
– Iedereen mag zeggen wat hij wil, want alle burgers van Nederland hebben het recht op vrije meningsuiting.

Slide 15 - Tekstslide

Kies van welke drogreden er sprake is:
Vertel jij mij maar eens waarom een meisje geen goede piloot zou kunnen worden.
A
bespelen van het publiek
B
cirkelredenering
C
persoonlijke aanval
D
ontduiken van de bewijslast

Slide 16 - Quizvraag

Kies van welke drogreden er sprake is:
Alleen een onverantwoordelijke ouder gaat nog met zijn kinderen naar een eredivisiewedstrijd.
A
bespelen van het publiek
B
vertekenen van het standpunt
C
persoonlijke aanval
D
ontduiken van de bewijslast

Slide 17 - Quizvraag

Kies van welke drogreden er sprake is:
Ik ben al tien jaar vegetariër, want zo lang eet ik al geen vlees meer.
A
bespelen van het publiek
B
cirkelredenering
C
persoonlijke aanval
D
ontduiken van de bewijslast

Slide 18 - Quizvraag

Kies van welke drogreden er sprake is:
U zegt nu wel dat veel mensen last hebben van de toeristen, maar u denkt toch niet dat wij een Amsterdammer op zijn woord geloven?
A
bespelen van het publiek
B
vertekenen van het standpunt
C
persoonlijke aanval
D
ontduiken van de bewijslast

Slide 19 - Quizvraag

Kies van welke drogreden er sprake is:
Als u vindt dat er paal en perk gesteld moet worden aan het aantal immigranten, zegt u dus eigenlijk gewoon dat Nederland vol is.
A
bespelen van het publiek
B
cirkelredenering
C
persoonlijke aanval
D
vertekenen van het standpunt

Slide 20 - Quizvraag

Aan de slag!
Wat:    Maak opdracht 6 t/m 10 (blz. 209-215)
Hoe:   Je doet dit zelfstandig of in tweetallen.
Tijd:    Je hebt hier de rest van de les de tijd voor.

Klaar?  Werk aan je schrijfdossier of ga lezen.

Slide 21 - Tekstslide