In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 40 min
Onderdelen in deze les
Gedrag
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we vandaag doen?
Leerdoelen T6B7
Uitleg T6B7
Zelfstandig werken
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoelen
Je moet kunnen beschrijven wat gedrag is en waardoor gedrag wordt veroorzaakt. Ook moet je kunnen benoemen waardoor gedrag wordt bepaald.
Je moet enkele effecten van alcohol kunnen noemen.
Slide 3 - Tekstslide
Uit welke twee delen bestaat een zenuwcel?
Slide 4 - Open vraag
Welke 3 type zenuwcellen zijn er?
Slide 5 - Open vraag
Schrijf de route uit die de impuls loopt. Begin bij zintuig.
Slide 6 - Open vraag
Wat is gedrag?
Slide 7 - Woordweb
Gedrag is alles wat een mens of dier doet
Wat is gedrag?
Gedrag is alles wat een organisme doet.
Slide 8 - Tekstslide
De impuls die vanaf de hersenen naar de spieren gaat, is een reactie op de waarneming. Deze reactie noemen we respons. De handelingen die je vervolgens uitvoert door de respons vormen samen het gedrag.
De impuls die vanaf de hersenen naar de spieren gaat, is een reactie op de waarneming. Deze reactie noemen we respons. De handelingen die je vervolgens uitvoert door de respons vormen samen het gedrag.
Slide 9 - Tekstslide
Gedragsketen
Een vaste opeenvolging van handelingen noem je een gedragsketen. Dit zie je bijvoorbeeld terug bij paringsgedrag zoals de balts bij een stekelbaars.
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Video
Verschillende soorten prikkels
Inwendige prikkel (je hebt honger en gaat eten)
Uitwendige prikkel (Je ruikt de geur van frituur bij de snackbar)
Motivatie is de bereidheid om te reageren op prikkels.
Slide 12 - Tekstslide
Veel gedrag is aangeleerd (denk aan het leren eten met bestek) maar het kan ook bepaald worden door erfelijke factoren (zoals onderstaand gedrag).
Slide 13 - Tekstslide
functie van gedrag
Zelfregulatie (voedsel zoeken en wegblijven van schadelijke prikkels)
Reproductie (voortplanting)
Interactie (Rangorde bepalen en reageren op andere organismen)
Gedrag is belangrijk bij de evolutie. Gedrag dat zorgt voor hogere overlevingskans blijft bestaan.
Slide 14 - Tekstslide
Medicijnen, alcohol en drugs kunnen je zenuwstelsel beïnvloeden. Het heeft namelijk een verdovende werking. Daardoor merk je dingen niet of te laat op omdat het reactievermogen afneemt. Dit is in het verkeer levensgevaarlijk.
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Huiswerk niet af (8/4 om 10:20):
Sem (bs. 5, 6, 11)
Jurjen S. (bs. 5, 6, 11)
Ammarins (bs. 5, 6)
Janiek (bs. 5, 6)
Jurjen T (bs. 6)
Mirthe & Iris werkboek controleren
Maandag huiswerk controle:
Basisstof 7
Maken van basisstof 7:
Opdrachten 28 t/m 30
Practicums overslaan tenzij je die in de les doet! Ook keuzeopdrachten en plusopdrachten hoeven niet tenzij expliciet vermeld.