Thema 1- opdracht 16 Luisteren, kijken & lezen - woorden

Opdracht 16
Wat moetje doen?
a. Bekijk het schema. Je ziet Andy Collins (nr. 7), zes familieleden en twee vrienden.
b. Lees de Engelse woorden:
father, mother, older brother, younger sister, grandfather, grandmother, his friend Mike, his friend Alicia.
c. Schrijf deze Engelse woorden bij de juiste tekeningen. Let op de leeftijd.
d. Streep elk woord dat je gebruikt hebt door.

1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsPraktijkonderwijsLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Opdracht 16
Wat moetje doen?
a. Bekijk het schema. Je ziet Andy Collins (nr. 7), zes familieleden en twee vrienden.
b. Lees de Engelse woorden:
father, mother, older brother, younger sister, grandfather, grandmother, his friend Mike, his friend Alicia.
c. Schrijf deze Engelse woorden bij de juiste tekeningen. Let op de leeftijd.
d. Streep elk woord dat je gebruikt hebt door.

Slide 1 - Tekstslide

Lees de Engelse woorden:
father, mother, older brother, younger sister, grandfather, grandmother, his friend Mike, his friend Alicia.

 Schrijf deze Engelse woorden bij de juiste tekeningen. Let op de leeftijd.

Slide 2 - Tekstslide

grandfather
father
older brother
grandmother
mother

Slide 3 - Sleepvraag

younger sister
Andy
older brother
his friend Alicia
his friend Mike

Slide 4 - Sleepvraag

Opdracht 17 Wat moet je doen?
Lees de Engelse woorden.
- and - aunt - brother - mother - and father - grandfather
- fifteen - thirteen - grandmother - grandfather
- he - she - like - live - older - old - his - is - ten - than
- my - I

Slide 5 - Tekstslide

Opdracht 17 luisteren.
Luister naar de video met de Engelse woorden.
Welk van de twee hoor je?
Schrijf het woord op, of streep je woord in je lijst aan.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

8. his - is
A
his
B
is

Slide 8 - Quizvraag

1. brother - mother
A
brother
B
mother

Slide 9 - Quizvraag

2. and father- grandfather
A
and father
B
grandfather

Slide 10 - Quizvraag

3. fifteen - thirteen
A
fifteen
B
thirteen

Slide 11 - Quizvraag

4. grandmother - grandfather
A
grandmother
B
grandfather

Slide 12 - Quizvraag

5. he - she
A
he
B
she

Slide 13 - Quizvraag

6. like - live
A
like
B
live

Slide 14 - Quizvraag

7. older - old
A
older
B
old

Slide 15 - Quizvraag

9. ten - than
A
ten
B
than

Slide 16 - Quizvraag

10. my - I
A
my
B
I

Slide 17 - Quizvraag