Hoofdstuk 4 een eigen bedrijf (les 2)

Hoofdstuk 4: een eigen bedrijf
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 4: een eigen bedrijf

Slide 1 - Tekstslide

Inhoud
  • Leerdoelen
  • Wat weten wij nog
  • Huiswerk bespreken
  • Verwachtte omzet, brutowinst en nettowinst 
  • Doelen controleren
  • Vooruit blik

Slide 2 - Tekstslide

Doelen voor deze les
Aan het einde van de les kan ik:
  • Berekeningen maken met de begrippen nettowinst, brutowinst, omzet, inkoopwaarde van de omzet en bedrijfskosten.
  • Je kan het woord uitgevoerd gebruiken in combinatie met beroepen.
  • Je kan een correcte voorbeeld geven van verwachte uitgaven. 

Slide 3 - Tekstslide

Beantwoorden in tweetallen
1. Schrijf twee beroepen op die vaak worden uitgevoerd door zelfstandig ondernemers. 
2. Schrijf 1 voordeel en 1 nadeel op van werken als zelfstandige ondernemer. 
Tijd: 4 minuten
Klaar: bedenk nog een beroep dat door een zelfstandig ondernemer wordt uitgevoerd en wat de docent niet zou bedenken. 

Slide 4 - Tekstslide

Huiswerk bespreken
Bespreken van het huiswerk, opdracht 4.2 + 4.3 + 4.4 + 4.5
Op pagina 52 t/m 54

Slide 5 - Tekstslide

Verwachte en werkelijke kosten
Als je een bedrijf hebt wil je van te voren weten wat je kosten zijn, voor welke prijs je je product kan verkopen en hoeveel producten je denkt te gaan verkopen. Ook wil je uiteraard weten of je winst gaat maken. 
Als je de producten hebt verkocht wil je uiteraard ook weten hoeveel winst je gemaakt hebt. Daarom kijk je ook naar de werkelijke kosten.

Slide 6 - Tekstslide

 Een eigen bedrijf
verkoopprijs x afzet       =                     omzet
inkoopprijs x afzet          =     inkoopwaarde    -
                                                       -------------------
                                                 =           brutowinst
                                               alle bedrijfskosten    -
                                                      --------------------
                                                =         nettowinst

Slide 7 - Tekstslide

Zelf aan de slag!   
rood = Iedereen is stil
  

oranje = Je de docent een vraag stellen


groen = Je mag met elkaar fluisterend 
overleggen
timer
10:00
Wat
Maken: 4.6 + 4.7 
Hoe
In je schift en met je boek op pagina 52 t/m 54
Tijd
10 minuten
Vragen
Kom naar de docent, bij 3 in de rij even wachten op je plek
Klaar
Dan kan je opdracht 4.8 maken 

Slide 8 - Tekstslide

Geef een voorbeeld van een verwachte uitgaven die je bij een bedrijf hebt.

Slide 9 - Open vraag

de omzet bereken je door..
timer
0:30
A
inkoopprijs x afzet
B
inkoopwaarde+ bedrijfskosten
C
verkoopprijs x afzet
D
nettowinst+ inkoopwaarde

Slide 10 - Quizvraag

Vooruitblik
Volgende les gaan wij verder met de werkelijke omzet en winst.
Als huiswerk maken jullie, opdracht: 4.6 + 4.7 + 4.8 
Op pagina 54 t/m 55

Slide 11 - Tekstslide

Schrijf een beroep op dat vaak word uitgevoerd als zelfstandige.
Formuleer je antwoord in een juiste zin.
timer
0:30

Slide 12 - Open vraag

Benoem een nadeel van werken als zelfstandig ondernemer.
timer
0:30

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Video

Slide 15 - Link

Financieel plan
brutowinstmarge= brutowinst/ omzet x 100%
nettowinstmarge = nettowinst/ omzet x 100%

oftewel

hoeveel (bruto/netto) eurocent winst verdien ik 
per euro omzet? 

Slide 16 - Tekstslide

Maken 4.18 t/m 4.23
vwo; ook maken bouwsteen 4.1 op blz 60
timer
20:00

Slide 17 - Tekstslide

Voorbeelden
Wat
Schrijf voorbeelden op van bedrijfskosten.
Hoe
In twee tallen op het A4'tje
Tijd
3 minuten
Bij vragen
Overleg in je tweetal
Bij vragen
Steek je hand op.
timer
3:00

Slide 18 - Tekstslide