Hoofdstuk 4 een eigen bedrijf (les 1)

Hoofdstuk 4: een eigen bedrijf
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 4: een eigen bedrijf

Slide 1 - Tekstslide

Inhoud
  • Leerdoelen
  • Wat weten wij
  • Een eigen bedrijf 
  • Doelen controleren
  • Vooruit blik

Slide 2 - Tekstslide

Doelen voor deze les
Aan het einde van de les kan ik:
  • Beroepen noemen die in loondienst en als zelfstandige worden uitgeoefend 
  • Voor- en nadelen noemen van werken als zelfstandig ondernemer.
  • Berekeningen maken met de begrippen nettowinst, brutowinst, omzet, inkoopwaarde van de omzet en bedrijfskosten.
  • Je kan een zin vormen waar het woord uitgevoerd correct in word gebruikt.

Slide 3 - Tekstslide

Woordweb
Wat
Schrijf minimaal 6 dingen op die jullie weten over een eigen bedrijf. 
Hoe
In twee tallen op het A4'tje
Tijd
4 minuten
Bij vragen
Overleg in je tweetal
Bij vragen
Steek je hand op.
timer
4:00

Slide 4 - Tekstslide

4.1 Voor- en nadelen
Welke voor- en nadelen zijn er aan zelfstandig ondernemer ten opzichte van werken als werknemer in loondienst bij een werkgever? 
Voordelen
Nadelen
Alle verdiensten zijn voor jou
Je hebt geen vast inkomen
Je kunt veel beslissingen nemen
Je bent voor alles zelf verantwoordelijk
Je bepaalt zelf je werktijden
Je maakt vaak lange werkdagen
Je moet zelf voorzieningen regelen voor het geval je ziek of arbeidsongeschikt wordt
timer
5:00

Slide 5 - Tekstslide

 Een eigen bedrijf
verkoopprijs x afzet       =                     omzet
inkoopprijs x afzet          =     inkoopwaarde    -
                                                       -------------------
                                                 =           brutowinst
                                               alle bedrijfskosten    -
                                                      --------------------
                                                =         nettowinst
timer
10:00

Slide 6 - Tekstslide

Schrijf een beroep op dat vaak word uitgevoerd als zelfstandige.
Formuleer je antwoord in een zin.
timer
0:30

Slide 7 - Open vraag

Benoem een nadeel van werken als zelfstandig ondernemer.
timer
0:30

Slide 8 - Open vraag

de nettowinst + bedrijfskosten
is gelijk aan de...
A
omzet
B
brutowinst
C
inkoopwaarde
D
afzet

Slide 9 - Quizvraag

de huur en elektriciteitsrekening
van een bedrijf
zijn een voorbeeld van..
A
brutowinst
B
omzet
C
extra kosten
D
bedrijfskosten

Slide 10 - Quizvraag

Vooruitblik
Volgende les gaan wij verder met de werkelijke omzet en winst.
Als huiswerk maken jullie, opdracht: 4.2 + 4.3 + 4.4 + 4.5
Op pagina 52 t/m 54

Slide 11 - Tekstslide

Wat zou jij kiezen?
timer
0:30
Werknemer
Zelfstandige

Slide 12 - Poll

Voorbeelden
Wat
Schrijf voorbeelden op van bedrijfskosten.
Hoe
In twee tallen op het A4'tje
Tijd
3 minuten
Bij vragen
Overleg in je tweetal
Bij vragen
Steek je hand op.
timer
3:00

Slide 13 - Tekstslide

Zelf aan de slag!   
Iedereen:
Lezen: paragraaf 4.2
Maken: 4.4 , 4.5 , 4.6 , 4.7 , 4.8


Klaar?:
Nakijken: vraag 4.4 t/m 4.8

rood = Iedereen is stil
  

oranje = Je de docent een vraag stellen


groen = Je mag met elkaar fluisterend 
overleggen
timer
15:00

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Slide 16 - Link

Financieel plan
brutowinstmarge= brutowinst/ omzet x 100%
nettowinstmarge = nettowinst/ omzet x 100%

oftewel

hoeveel (bruto/netto) eurocent winst verdien ik 
per euro omzet? 

Slide 17 - Tekstslide

Maken: 4.13 t/m 4.17
timer
20:00

Slide 18 - Tekstslide

Marketingplan
-> SWOT-analyse 
(sterktes, zwaktes, kansen en bedreigingen 
voor de onderneming)

->  Marketingmix; de 4 P's
(product, prijs, promotie, plaats)

Slide 19 - Tekstslide

SWOT- analyse

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Slide 22 - Tekstslide

Opdracht: Maak een SWOT-analyse van je favoriete bedrijf/ merk

Slide 23 - Tekstslide

Maken 4.18 t/m 4.23
vwo; ook maken bouwsteen 4.1 op blz 60
timer
20:00

Slide 24 - Tekstslide