Brugklas 3.4 planten

3.4 planten
- Herhalen 3.3 dieren
- Uitleg 3.4 planten
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

3.4 planten
- Herhalen 3.3 dieren
- Uitleg 3.4 planten

Slide 1 - Tekstslide

Een krokodil is:
A
niet symmetrisch
B
tweezijdig symmetrisch
C
veelzijdig symmetrisch

Slide 2 - Quizvraag

Een sponsdier is:
A
niet symmetrisch
B
tweezijdig symmetrisch
C
veelzijdig symmetrisch

Slide 3 - Quizvraag

Een gewervelde is:
A
niet symmetrisch
B
tweezijdig symmetrisch
C
veelzijdig symmetrisch

Slide 4 - Quizvraag

Een lieveheersbeestje heeft een:
A
inwendig skelet
B
uitwendig skelet
C
geen skelet

Slide 5 - Quizvraag

Hoe noem je het uitwendige skelet van een insect?

Slide 6 - Open vraag

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Planten
Groenwieren
Rijk:
Stam:
Klasse:
Zaadplanten
Sporenplanten
Vaatplanten

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

En dan nu de vragen...

Slide 22 - Tekstslide

Paardenstaarten maken sporen in:
A
sporendoosjes
B
sporenvormende orgaantjes
C
sporenhoopjes
D
sporenbultjes

Slide 23 - Quizvraag

Tot welke stam horen alle zaadplanten?

Slide 24 - Open vraag

Varens maken sporen in:
A
sporendoosjes
B
sporenvormende orgaantjes
C
sporenhoopjes
D
sporenbultjes

Slide 25 - Quizvraag

Welke 4 onderdelen hebben alle vaatplanten?

Slide 26 - Open vraag

Mossen maken sporen in:
A
sporendoosjes
B
sorenvormende orgaantjes
C
sporenhoopjes
D
sporenbultjes

Slide 27 - Quizvraag

Hoe kunnen boomalgen zich voortplanten?
A
sorenvormende orgaantjes
B
sporendoosjes
C
zaden
D
deling

Slide 28 - Quizvraag

Huiswerk
- Maken 
Opdracht 1 t/m 8, vraag 6 overslaan

Slide 29 - Tekstslide