Les 1 Schaal en tijd

Planning
  1. Wat gaan wij deze periode doen?
  2. Huiswerk voor volgende week
  3. Oefenen les 1: Schaal (onderdeel Meten en Meetkunde, 3F)
  4. Oefenen les 2: Tijd (onderdeel Meten en Meetkunde, 3F)
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Planning
  1. Wat gaan wij deze periode doen?
  2. Huiswerk voor volgende week
  3. Oefenen les 1: Schaal (onderdeel Meten en Meetkunde, 3F)
  4. Oefenen les 2: Tijd (onderdeel Meten en Meetkunde, 3F)

Slide 1 - Tekstslide

Periode 6
Lessen zijn gedeeltelijk samen oefenen en gedeeltelijk zelfstandig.

Slide 2 - Tekstslide

Huiswerk
Maken opgaven les 1 Schaal en les 2 Tijd van onderdeel Meten en Meetkunde (3F)

Slide 3 - Tekstslide

Les 1: Schaal en tijd
Leerdoel:
Schaal - en tijdsberekeningen kunnen maken
Nodig voor:
Transportplanning

Slide 4 - Tekstslide

Maken opgaven les 1 Schaal en les 2 Tijd van onderdeel Meten en Meetkunde (3F)
Open Malmberg --> Onderdeel Meten en Meetkunde 3F --> Les 1 Schaal

Slide 5 - Tekstslide

Les 1 schaal: Som 2A
Hoe hoog is het model van de Euromast in totaal?
Gebruik de verhoudingstabel. Rond af op 1 decimaal.

Slide 6 - Tekstslide

Berekening som 2A
Gegeven:
  1. Schaal = 1: 2.000 = 1 cm is in het echt 2.000 cm
  2. De Euromast is 186 m hoog = 18.600 cm
18.600/2.000 = 9.3
Het schaalmodel is dus 9.3 cm

Slide 7 - Tekstslide

Les 1 schaal: Som 3
Wat is de schaal van het model van de Burj Khalifa?
Gebruik de verhoudingstabel.

Slide 8 - Tekstslide

Berekening som 3
Gegeven:
  1. Schaal = 1: ? = 1 cm is in het echt ? cm
  2. Het gebouw is in het echt 828 meter hoog en het schaalmodel is 16 cm hoog.
828 meter = 82.800 cm
82800/16 = 5.175
Schaal = 1:5.175

Slide 9 - Tekstslide

Maken opgaven les 1 Schaal en les 2 Tijd van onderdeel Meten en Meetkunde (3F)
Open Malmberg --> Onderdeel Meten en Meetkunde 3F --> Les 2 Tijd

Slide 10 - Tekstslide

Les 2 tijd: Som 2 Reistijd berekenen
Rosalie en Arjen wonen in Assen. Ze willen vrijdag om 10:30 uur op Schiermonnikoog zijn. Ze reizen met de trein van Assen naar Groningen. Daarna nemen ze de bus naar Lauwersoog en dan de veerboot naar Schiermonnikoog.

Hoe laat moeten Rosalie en Arjen uiterlijk de trein van Assen naar Groningen nemen?

Slide 11 - Tekstslide

Berekening: Som 2 reistijd berekenen
Gegeven:
- Wonen in Assen
- Bestemming Schiermonnikoog
- Aankomsttijd (ETA) 10:30
Welke boot komt aan rond 10:30? Vertrek 09:30, aankomst 10:15.
  1. Welke bus komt aan rond 09:30? Vertrek 08:18, aankomst 09:18.
  2. Welke trein komt aan rond 08:18? Vertrek 07:44 aankomst 08:04 uur.
Vertrektijd is dus 07:44 uur

Slide 12 - Tekstslide

Som 4: Bereken de lokale tijden 
Amsterdam (C) 23:55 uur = Londen ........ uur
Amsterdam (C) 23:45 uur = Ankara (G) ....... uur
Beijing (F) 23:30 uur = Amsterdam (C) ...... uur


Slide 13 - Tekstslide

Berekening: Som 4 Bereken de lokale tijden 
A'dam naar Londen is naar links = -= -1 uur
Amsterdam (C) 23:55 uur = Londen 22:55 uur

Amsterdam naar Ankara is naar rechts = + = +1 uur
Amsterdam (C) 23:45 uur = Ankara (G) 00:45 uur

Beijing naar Amsterdam is naar links = - = -7
Beijing (F) 23:30 uur = Amsterdam (C) 16:30 uur


Slide 14 - Tekstslide

En nu?
Zelfstandig werken aan de opdrachten van Meten en Meetkunde 3F:
les 1: Schaal en les 2: Tijd

Slide 15 - Tekstslide