Basiscursus chemie les 1

 Basiscursus chemie
Les 1
1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
Baso natuurwetenschappenBeroepsopleiding

In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

 Basiscursus chemie
Les 1

Slide 1 - Tekstslide

We gaan beginnen met een quiz

Slide 2 - Tekstslide

Wat is water?
A
B
C

Slide 3 - Quizvraag

Het juiste antwoord is H2O.

Slide 4 - Tekstslide

Hoe groot is een watermolecuul?
A
0,00015 mm
B
0,15 nm
C
0,00015 cm
D
1,5 x 10-8 m

Slide 5 - Quizvraag

Een watermolecuul is 0,15 nm
nm = 1 x 10 -9m
Wetenschappelijke notatie.
1mL water is ruim 30 000 000 000 000 000 000 000
(3 x 1022

Slide 6 - Tekstslide

Leuke weetjes over water
  • Als je 1,75m bent, passen en 116.666.666,666 moleculen water in je lengte
  • 1 glas water = 1 kwadriljoen = 1 x 1024 
  • gooi je dit glas leeg is op elke mmop aarde nog zo'n 1000 water moleculen

Slide 7 - Tekstslide

Water heb je in 3 fasen
  • Vast


  • Vloeibaar


  • Gas

Slide 8 - Tekstslide

Fasenovergangen

Slide 9 - Tekstslide

Kelvin = K
0 K = -273°C
Je hebt dan nooit een negatieve temperatuur

Slide 10 - Tekstslide

Wat is de bewegingssnelheid van stikstof gas molecuul (N2) bij kamertemperatuur (20°C)?
A
330 m/s
B
500 m/s
C
1800 km/h
D
1188 km/h

Slide 11 - Quizvraag

Mengsel en zuivere stof




  • Zuivere stof: één soort molecuul
  • Mengsel: twee of meer soorten moleculen

Slide 12 - Tekstslide

Heeft een zuivere stof een kookpunt of een kooktraject?
A
Kookpunt
B
Kooktraject

Slide 13 - Quizvraag

Kookpunt en kooktraject

Slide 14 - Tekstslide

Mengsels

Slide 15 - Woordweb

Verschillende mengsels
  • Oplossing
  • Suspensie
  • Emulsie
  • Schuim
  • Nevel
  • Rook
  • Legering

Slide 16 - Tekstslide

Hoeveel mL vloeistof ontstaat als ik 50 mL water bij 50 mL alcohol doe?
A
100 mL natuurlijk
B
meer dan 100 mL
C
Minder dan 100 mL

Slide 17 - Quizvraag

Er ontstaat minder dan 
100 mL
De moleculen van het water en de alcohol gaan in elkaars ruimte zitten.

Slide 18 - Tekstslide

Suspensie
Vaste stof in een vloeistof.

Slide 19 - Tekstslide

Is melk een suspensie?
A
Ja
B
Nee

Slide 20 - Quizvraag

Emulsie

Slide 21 - Tekstslide

Emulgator 
Kop: Hydrofiel
Staart: Hydrofoob
EO en PO meenemen

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Schuim / nevel / rook
schuim


nevel

rook
                         (https://www.youtube.com/watch?v=gAxH1ThwkBU)


Slide 26 - Tekstslide

Homogeen / heterogeen
Homogeen:                                                Heterogeen:





Helder                                                           Troebel

Slide 27 - Tekstslide

Scheidingsmethodes
  • Bezinken en afgieten
  • Centrifugeren
  • Filtreren
  • Indampen
  • Destilleren
  • Extraheren
  • Adsorptie 

Slide 28 - Tekstslide

Met filtreren maak je gebruik van...?
A
Poriën groote
B
Filter
C
Oplossing
D
Deeltjes groote

Slide 29 - Quizvraag

Filterplaat
Chemische verwerking: Filterpersen worden gebruikt om vaste stoffen van vloeistoffen te scheiden in chemische verwerkingstoepassingen. Ze kunnen worden gebruikt om katalysatoren te filteren, onzuiverheden uit chemicaliën te verwijderen en vloeistoffen te klaren.

Slide 30 - Tekstslide

Fundabac filter (gebouw 4)
Oerstof.
Reiniging met 
reinigingsmiddel na elke 
filtratie.
Afval IBC staat er onder.
Voorbeeld NOD31E.
Na- en K-zouten eruit halen.

Slide 31 - Tekstslide

Wat is destilleren?
A
sterke drank
B
problemen ordenen
C
kookpunten laten veranderen
D
scheiden door verschil in kookpunt

Slide 32 - Quizvraag

Destilleren
                Dampdruk
                Bij kookpunt: 
                Dampdruk gelijk aan 
                externe druk.

Slide 33 - Tekstslide

Nooit 100% ( Cocon 102)
Tegen de stoom in...

Nooit 100% scheiding.
Cocon 102:
Glazen vat; 2-lage
(water boven)

Slide 34 - Tekstslide

Gefractioneerd (hofrak)
Gefractioneerd:
Beginnen bij het laagste kookpunt en 
eindigen met het hoogste kookpunt.

Slide 35 - Tekstslide

RC104
producties NUO2006 , FA182 , WH178 , WH172
1e stap: dus atmosferische destillatie (water af destilleren)
2e stap: vacuüm destillatie verloopt de 
verestering verder en wordt het laatst 
gevormde reactiewater gedestilleerd 
samen met de overmaat 
2-ETHYLHEXANOL # Bulk

Slide 36 - Tekstslide

Vacuüm destillatie
                                                                       
                                                                 Het kookpunt markeert het
                                                                       punt waar de dampdruk gelijk                                                                        is aan de externe druk. Nu kan                                                                        je je voorstellen dat als je de                                                                            externe druk verlaagt, het                                                                  kookpunt ook zal dalen.

Slide 37 - Tekstslide

Waarom...?
Door onder vacuüm te destilleren, kunnen warmtegevoelige verbindingen voorzichtiger behandeld worden. Dankzij lagere procestemperaturen kan de opbrengst van het destillatieproces verbeterd worden doordat polymerisatie, scheurvorming of andere afbraak van het product voorkomen wordt.
Maar ook  voor vloeistoffen met een hoog atmosferisch kookpunt.

Slide 38 - Tekstslide

Bij indampen:
A
Verdampt water en opgesloten stoffen blijven achter
B
Verdwijnen alle stoffen: zowel het water als de opgeloste stoffen.
C
Ga je stoffen scheiden op basis van kookpunt.

Slide 39 - Quizvraag

Wat blijft er achter na het indampen?
A
Het oplosmiddel
B
De oplossing
C
Het mengsel
D
De opgeloste stof

Slide 40 - Quizvraag

Destilleren heeft veel overeenkomsten met indampen, maar er is ook een belangrijk verschil.
Wat is het verschil tussen destilleren en indampen?
A
Bij destilleren vang je de vloeistof die verdampt is weer op.
B
Bij indampen vang je de vloeistof die verdampt is weer op.
C
Destilleren gebeurt bij een hogere temperatuur.
D
Bij indampen kookt de vloeistof bij een lagere temperatuur.

Slide 41 - Quizvraag

Extractie als scheidingsmethode berust op het verschil in:
A
deeltjesgrootte
B
oplosbaarheid
C
kookpunt
D
vluchtigheid

Slide 42 - Quizvraag

Adsorptie
Hechten aan het oppervlakte.
Hoe groter het oppervlakte hoe beter de absorptie

Slide 43 - Tekstslide

Absorberen en filtreren

Slide 44 - Tekstslide

Sleep de term naar de juiste plek in de afbeelding
2.2.4
Extract
Extractiemiddel
Filter
Theeblaadjes

Slide 45 - Sleepvraag

Deeltjesgrootte

Dichtheid
Oplosbaarheid
Aanhechting
Kookpunt
kookpunt
Indampen
destillatie
filtratie
adsorptie
extractie
centrifugatie

Slide 46 - Sleepvraag

Slide 47 - Tekstslide