In deze les zitten 11 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 3 videos.
Onderdelen in deze les
Werken in de praktijk
Wat weten jullie nog?
Slide 1 - Tekstslide
Een korte herhaling over het onderdeel chefkok.
Wat hebben de leerlingen allemaal gebakken? onder andere koekjes, broodjes. Maak een doorstroom naar het bakkersschap.
Blok 1 les 1
Het bakkersschap
Slide 2 - Tekstslide
De leerlingen zijn vorig schooljaar voornamelijk bezig geweest met het onderdeel koken. Wat hebben de leerlingen hier geleerd?
We gaan ons nu focussen op een nieuw onderdeel, en dat is bakken.
Ze krijgen een aantal filmpjes te zien rondom het onderdeel het bakkersschap. De leerlingen gaan voor zichzelf opschrijven wat ze opvalt als je kijkt naar hygiëne en veiligheid en welke eigenschappen heb je nodig in het beroep.
Slide 3 - Video
Deze slide heeft geen instructies
De Chefkok
Wat viel jou op?
Welke eigenschappen moet een Chefkok hebben?
Slide 4 - Tekstslide
Wat viel jou op aan het filmpje?
De leerlingen letten hier op verschillende dingen:
- welke kwaliteiten moet een kok hebben?
creatief, houden van koken, gevoel voor smaakcombinaties
- Wat viel jouw nog meer op? (denk aan hygiëne en veiligheid)
--> werkplanning maken
--> Werkkleding
-->kwaliteit van eten
De kok vind het heel belangrijk dat het eten lekker is. Hij wilt daarbij ook de reacties zien.
--> Stressbestendigheid
--> Teamwerken
--> Proeven!!!!!!!
Slide 5 - Video
Deze slide heeft geen instructies
Patissier
Wat viel jou op?
Welke eigenschappen moet een Patissier hebben?
Slide 6 - Tekstslide
Alles wat met bakken te maken heeft. Vooral de zoete dingen. De patissier is de absolute vakspecialist als het gaat om het bedenken, ontwerpen en verzorgen van overheerlijke, ambachtelijke en exclusieve zoete kunstwerken en delicatessen. Dat doe je vanuit je eigen creativiteit en vanuit je kennis van ingrediënten, recepturen, bereidingswijzen maar ook de trends
--> moustache
--> Geleren: aanbrengen van een gelei. Zo kun je de componenten bij elkaar houden
--> Wat viel jou op?(denk aan hygiëne en veiligheid)
--> De man had een litteken op zijn vinger. Dit is gebeurd tijdens een van de bereidingen. Het is belangrijk om veilig te werken in de keuken.
Eigenschappen
--> creatief en precies werken
--> har werken, blijf niet stilstaan.
--> opleiding van belang
--> inspelen op de trends. Je staat niet stil
Slide 7 - Video
Deze slide heeft geen instructies
Catering-medewerker
Wat viel jou op?
Welke kwaliteiten moet een catering-medewerker hebben?
Slide 8 - Tekstslide
Maken de lunch voor de gasten en zorgen voor eten en drinken
Banquetting: lunch maken voor vergaderservice.
--> Werken volgens receptuur.
-> Wat valt je op? (denk aan hygiëne en veiligheid)
--> handen wassen
--> niet proeven in bijzijn van gasten
--> variatie in werk
--> veel in contact met gasten
--> opruimen en afwassen
Kwaliteiten:
gastvrijzijn en passie voor eten en drinken. Representatief (indruk makend) en flexibel.
Ze had jeuk, de vrouw gaf aan dat ze niet met haar handen moet krabben. Waarom is dit en waar heeft dat mee te maken?
Allergenen. Je moet natuurlijk er ook op letten dat er een reservering binnen komt, met een aantal doorgegeven allergieën. Dit kunnen verschillende zijn. (het zijn er in totaal 14)
De opdracht
Per groepje gaan jullie een beroep uitwerken
Slide 9 - Tekstslide
De leerlingen hebben nu een beeld gekregen van het bakkerschap. Ze gaan nu zelfstandig aan de slag met de volgende opdracht:
De leerlingen worden opgedeeld in groepjes. Ze gaan per groepje een van de beroepen uitwerken door gebruik te maken van de aantekeningen van de filmpjes. Ze mogen ook gebruik maken van het internet.