In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 70 min
Onderdelen in deze les
Herhalingsles 2
Vraag & aanbod hoofdstuk 1 & 2
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
Uit individuele vraagfuncties rekenkundig de collectieve vraagfunctie afleiden.
Uit individuele aanbodlijnen grafisch de collectieve aanbodlijn afleiden.
De werking van het marktmechanisme uitleggen.
Bij een gegeven vraagfunctie en aanbodfunctie de evenwichtsprijs (marktprijs) en evenwichtshoeveelheid berekenen.
Bij een gegeven prijs het vraagoverschot of aanbodoverschot berekenen.
Voorbeelden geven van factoren waardoor de aanbodlijn kan veranderen en dit zowel grafisch als rekenkundig onderbouwen.
Analyseren wat er met de evenwichtsprijs en evenwichtshoeveelheid gebeurt als de vraaglijn en/of de aanbodlijn verschuift als gevolg van een gegeven gebeurtenis.
Het verband uitleggen tussen de steilheid van de vraaglijn en de hoogte van de prijselasticiteit van de vraag.
De kruislingse prijselasticiteit van de vraag berekenen en interpreteren.
Uitleggen dat het teken van de kruislingse prijselasticiteit van de vraag bij substitutiegoederen positief is en bij complementaire goederen negatief is.
Slide 2 - Tekstslide
Van individueel naar collectieve vraaglijn grafisch
Slide 3 - Tekstslide
Opdracht collectieve vraaglijn
Maak opdracht a + b van het werkblad.
Na 5 minuten bespreken we de opdracht klassikaal.
timer
5:00
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Werking van het marktmechanisme
De collectieve vraaglijn geeft het verband weer tussen de prijs en de gevraagde hoeveelheid.
De collectieve aanbodlijn geeft het verband weer tussen de prijs en de aangeboden hoeveelheid
In het punt waar de twee lijnen elkaar snijden, komen vraag en aanbod samen.
Er is dan geen overschot of tekort op de markt. We spreken van een marktevenwicht.
Door het “spel” van vraag en aanbod komt er een evenwicht tot stand met een evenwichtsprijs en een evenwichtshoeveelheid.
Qv = -2p + 50 Qa = 1p - 10 Stel de prijs wordt vastgesteld op €25. Hoe hoog is vraagoverschot/aanbodoverschot
Slide 10 - Open vraag
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Prijselasticiteit
Als de prijs van een product verandert, dan verandert de vraag. Dit noem je prijselasticiteit.
Deze berekenen: Verandering vraag in %
------------------------- = prijselasticiteit
Verandering prijs in %
Slide 13 - Tekstslide
Elasticiteit op een getallenlijn
elastisch goed is= %verandering p > % verandering Qv
inelastisch goed is= %verandering p < % verandering Qv
Sterk elastisch Licht elastisch Inelastisch
-5 -4 -3 -2 -1 0
Slide 14 - Tekstslide
De prijs van een product is in 2020 gestegen van €10 naar €12 en vraag is gedaald met 6% 1. Bereken de prijselasticiteit van de vraag (berekening!) 2. Geef aan of het een elastisch of inelastisch goed is.
Slide 15 - Open vraag
Slide 16 - Tekstslide
Kruislingse elasticiteit
Kruislings prijselasticiteit (Ek) bereken je door:
% verandering Qv product A
--------------------------------
% verandering P product B
Slide 17 - Tekstslide
De prijs van aardappels daalt van €1,50 naar €1,30 per kilo. De vraag naar aardappelschilmesjes stijgt hierdoor met 3%.
Slide 18 - Open vraag
Inkomenselasticiteit
Slide 19 - Tekstslide
Je inkomen stijgt van €2.500 naar €3.000, de gevraagde hoeveelheid stijgt met 15%. Bereken de inkomenselasticiteit en geef om wat voor type goed het hier gaat.
Slide 20 - Open vraag
Aan de slag!
Maken zelftest H1 gesloten vragen + 1.30, 1.31, 1.33