Grammar Lesson 5 - donderdag Pres. Perf. and Recap

Welcome to the 6th lesson
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welcome to the 6th lesson

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



Explanation of Present Perfect
Recap of all the tenses:
  • present simple
  • present continuous
  • past simple
  • present perfect


Rehearsal for the test:
  • all the tenses
  • articles, plural, word order
  • personal pronouns
  • possessive pronouns
  • prepositions
TODAY'S LESSON

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

But first: looking back!

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

What do you rememeber from the last lesson?
(past simple & present continuous)

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar herken je volgens jou de present perfect aan?

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

We ________ my aunt and uncle last weekend.
A
have visited
B
visit
C
visited
D
is visiting

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

SUMMARIZING

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Present perfect - wanneer?
  • Als iemand met iets in het verleden begonnen is en nog steeds doet
    –> I have played tennis for three years now.
  • Als iets in het verleden begonnen is en nog aan de gang is
    --> We have lived in Amsterdam since 2012.
  • Als iemand iets heeft gedaan of er is iets gebeurd waarvan de resultaten nog merkbaar zijn
    --> Robert has lost his keys
    Vaak komen in de zin de woorden for of since voor.


Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Signaalwoorden Present Perfect:


Deze woorden gaan vaak met deze tijd samen

FYNE JAS:
For
Yet
Never 
Ever

Just
Already
Since

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Present perfect - hoe?
De present perfect (voltooid tegenwoordige tijd) wordt gevormd door:

have / has + ww + ed bij regelmatige werkwoorden; 
  •     I have lived in this house for two years now.                                           
  •     He has owned that car since 1999.          

                      OF

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Present perfect - hoe?
Have / has + werkwoordsvorm uit het 3e rijtje bij onregelmatige werkwoorden
  •       My father has seen that film three times already.
  •       My parents have been in New York 5 times now.

Denk eraan :
  •        HAVE bij: I / you / we / they / you
  •        HAS = SHIT-regel, dus bij: he / she / it
             
                           

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

We ... been to England once.
A
have
B
has

Slide 14 - Quizvraag

Even oefenen met de vorm: 
have/has en de shit-regel
They ... visited Paris 5 times.
A
have
B
has

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

My mother ... seen that film before.
A
have
B
has

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

SUMMARIZING

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij twijfel ...
  1. Is het op dit moment nog aan de gang? 
    Ja = present perfect                                Nee = volgende vraag

  2.  Gaat het over ervaringen tot nu toe?
    Ja = present perfect                               Nee = volgende vraag

  3. Is het resultaat van de actie nu merkbaar?   
    Ja = present perfect 
                                 Nee = past simple

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Present simple - When?
  • De present simple is een vorm van de tegenwoordige      tijd.
  • Je gebruikt de present simple ook bij feiten en                gewoontes
  • Signaalwoorden zijn o.a.:
        always...
        never ...
        every day, week, month

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Present simple - How?

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Present continuous - When?

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Present continuous - How?

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Present Simple vs Present Continuous

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Past simple: when?
Als een gebeurtenis in het verleden ligt en is afgerond. Meestal staat er een tijdstip Signaalwoorden:
  • yesterday, 
  • last year, 
  • this morning, 
  • when I was a little boy

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Past simple: How?

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Past simple: How?

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Present perfect - When?
  • Als iemand met iets in het verleden begonnen is en nog steeds doet
    –> I have played tennis for three years now.
  • Als iets in het verleden begonnen is en nog aan de gang is
    --> We have lived in Amsterdam since 2012.
  • Als iemand iets heeft gedaan of er is iets gebeurd waarvan de resultaten nog merkbaar zijn
    --> Robert has lost his keys
Vaak komen in de zin de woorden for of since voor.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Present perfect - How?
Bevestigend
Ontkennend
Vragend
I have played
You have played
He/she/it has played
We have played
They have played
You have played
I have not played
You have not played
He/she/it has not played
We have not played
They have not played
You have not played
Have I played?
Have you played?
Has he/she/it played?
Have we played?
Have they played?
Have you played?

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Present perfect - How?

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Let's practise

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies