FRT afsluiting
1 / 18
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wat is faalangst?
Slide 2 - Woordweb
Slide 3 - Tekstslide
Faalangst is ...
A
Aangeboren
B
Aangeleerd
C
Aangeboren en aangeleerd
D
Geen van beide
Slide 4 - Quizvraag
Welke soorten faalangst zijn er?
A
Cognitieve faalangst en motorische faalangst
B
Sociale faalangst, motorische faalangst en cognitieve faalangst
C
Motorische faalangst en sociale faalangst
D
Sociale faalangst en cognitieve faalangst
Slide 5 - Quizvraag
Wat helpt tegen faalangst?
Slide 6 - Woordweb
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Stel je voor: Je hebt goed geleerd voor een proefwerk wiskunde, maar hebt een onvoldoende gehaald. Je baalt ervan en denkt dat je nooit meer een voldoende zult halen voor wiskunde. Welke helpende gedachte(n) kun je bedenken?
Slide 9 - Open vraag
Stel je voor: Je krijgt tijdens de les de beurt om antwoord te geven op een vraag, maar je weet het antwoord niet. Wat doe je?
Slide 10 - Open vraag
Stel je voor: Je bent zenuwachtig, omdat je voor Nederlands een presentatie moet geven over een boek dat je hebt gelezen. De niet-helpende gedachte die in je hoofd zit is: "Ik kan het niet". Welke helpende gedachte(n) kun jij bedenken?
Slide 11 - Open vraag
Stel je voor: Je voelt je tijdens de les niet lekker worden en wilt naar huis. Wat doe je?
A
Je steekt je vinger op en zegt tegen de docent: "Ik voel me niet lekker en wil naar huis".
B
Je zegt tegen je buurman/-vrouw dat je je niet lekker voelt en naar huis wilt.
C
Je steekt je vinger niet op en blijft op school. Je wilt de lessen niet missen.
D
Je staat op en verlaat het lokaal, zonder de docent te laten weten waarom. Je meldt je af bij de balie.
Slide 12 - Quizvraag
Stel je voor: Je bent nieuw op deze school en kent helemaal niemand. Je ziet een groepje leerlingen op het schoolplein staan en wil een gesprek beginnen. Hoe pak je dit aan?
Slide 13 - Open vraag
Stel je voor: Iemand is op jouw plek gaan zitten. Jij wilt graag op die plek zitten. Wat doe je?
Slide 14 - Open vraag
Stel je voor: Tijdens de les mogen jullie leren voor een belangrijke toets. Je klasgenoten maken veel lawaai, waardoor jij je niet kunt concentreren. Hoe los je dit op?
Slide 15 - Open vraag
Stel je voor: Jullie hebben de afgelopen gymlessen geoefend met saltospringen. Je vindt dit moeilijk. Tijdens deze les moeten jullie moeten saltospringen voor een cijfer. Welke helpende gedachte(n) kun je bedenken?
