Forgive me - Satzfolge

Herzlich Willkommen!
Thema: Satzfolge
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Herzlich Willkommen!
Thema: Satzfolge

Slide 1 - Tekstslide

Inhalt dieser Präsentation
  1. Lernziele des Themas 
  2. Sprachmittel: Satzfolge - Haupt- & Nebensatz
  3. Aufgaben zum Üben


Slide 2 - Tekstslide

1. Lernziele dieser Präsentation
Am Ende dieser Präsentation kann ich ...
  • ... eine einfache Haupt- & Nebensatz schreiben. 

Slide 3 - Tekstslide

2. Theorie: Satzfolge

Algemene regel: 
Zinsvolgorde is hetzelfde als in het Nederlands

Slide 4 - Tekstslide

2. Theorie: Satzfolge
Zinsvolgorde: hoofdzin met 1 werkwoord
  • Persoonsvorm (ww) staat in de hoofdzin altijd op plek 2 in de zin. Het maakt niet uit wat er op de 1e plaats in de zin staat. Bijvoorbeeld: 
                Hans Bender schrieb die Kurzgeschichte Forgive me.
                Die Kurzgeschichte handelt von einem jungen Mann.
                



Slide 5 - Tekstslide

2. Theorie: Satzfolge
Zinsvolgorde: hoofdzin met een hulpwerkwoord en een voltooid deelwoord
  • Als er in de hoofdzin een hulpwerkwoord (bijv. sein, haben, können, dürfen of müssen) staat, dan staat dit hulpwerkwoord (= persoonsvorm) op plek 2 en het voltooid deelwoord (moet in de zin staan!) staat helemaal achter aan in de zin! Bijvoorbeeld: 
                     Hans Bender hat die Kurzgeschichte "Forgive me" geschrieben.
                     Ich habe diese Kurzgeschichte sehr gern gelesen
                     



Slide 6 - Tekstslide

2. Theorie: Satzfolge
Zinsvolgorde: Bij gebruik van voegwoorden (weil)
  • weil (omdat) verbindt een hoofd- & bijzin met elkaar. Persoonsvorm in de weil-zin staat op de laatste plaats in de zin!
                  
Die Geschichte war sehr schön, weil das Thema sehr interessant war!

Slide 7 - Tekstslide

2. Theorie: Satzfolge
Zinsvolgorde: dass-Sätze
dass leidt een bijzin (Nebensatz) in. De hoofdzin vraagt expliciet om een bijzin, bijvoorbeeld: 

Bijvoorbeeld: Ich bin der Meinung, dass diese Geschichte sehr schön ist

Let op! Het hulpwerkwoord (ist) staat in de bijzin altijd op de laatste plaats van de zin!

Slide 8 - Tekstslide

2. Theorie: Satzfolge - Beispiele
Wie findest du das Thema?
Ich mag das Thema, weil ich sehr oft Theatervorstellungen besuche.
Ich habe das Thema gewählt, weil ich gerne etwas über 'Die Zauberflöte' von Mozart erzählen möchte

Warum ist das Thema interessant?

Ich denke, dass das Thema interessant ist, weil viele Menschen 'Die Zauberflöte' besuchen.

Slide 9 - Tekstslide

3. Aufgaben zum Üben 
In de volgende vragen staan de woorden in de bijzin door elkaar. Neem de hoofdzin over en vul deze zin aan met de bijzin, waarin je de woorden in de goede volgorde zet.
Gebruik bij het schrijven de hoofdletters en punten en komma's. 

Slide 10 - Tekstslide

Ich gehe heute nicht in die Schule...
[krank – ich – weil - bin]

Slide 11 - Open vraag

Ich gehe nach Hause, ...
[ich – weil – müde - bin]

Slide 12 - Open vraag

Er isst einen Apfel, ...
[hat – Hunger – weil – er]

Slide 13 - Open vraag

Ich weiß, ...
[Berlin – dass – Deutschland – ist]

Slide 14 - Open vraag

Ich denke, ...
[unsere Oma – zu Besuch – morgen – dass – kommt]

Slide 15 - Open vraag

Das Buch hat mir nicht gefallen, ...
[langweilig – weil – es – ist]

Slide 16 - Open vraag

Unser Lehrer ist zu spät, ...
[weil - den Bus - hat - verpasst - er]

Slide 17 - Open vraag

Ich bin mir sicher, ...
[regnen - morgen - dass - wird - es]

Slide 18 - Open vraag

Ich freue mich, ...
[bald ist - weil - Wochenende - es]

Slide 19 - Open vraag

Slide 20 - Tekstslide