Kenmerken postmodernisme

TW2 

    • 6.1 + 6.2 Postmodernisme 
    • 6.3 Abstract Expressionisme
    • 6.4 Cobra
    • 6.5 Pop Art
    • 6.6 Hyperrealisme
    • 6.7 Op Art
    • 6.8 Minimalisme
    • 6.9 Concept Kunst
    • 6.10 Happening, performance, body art
    • 6.11 Environment
    • 6.12 LAnd Art
    • 6.13 Arte Povera
    • 6.14 Kinetische kunst


    1 / 33
    volgende
    Slide 1: Tekstslide
    kunst algemeenMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

    In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

    time-iconLesduur is: 60 min

    Onderdelen in deze les

    TW2 

      • 6.1 + 6.2 Postmodernisme 
      • 6.3 Abstract Expressionisme
      • 6.4 Cobra
      • 6.5 Pop Art
      • 6.6 Hyperrealisme
      • 6.7 Op Art
      • 6.8 Minimalisme
      • 6.9 Concept Kunst
      • 6.10 Happening, performance, body art
      • 6.11 Environment
      • 6.12 LAnd Art
      • 6.13 Arte Povera
      • 6.14 Kinetische kunst


      Slide 1 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      Hoe ga je leren?
      Kunstboek: 6.1 t/m 6.14 bestuderen;
      goed doorlezen, afbeeldingen bekijken, kernwoorden opschrijven
      Kunstboek vragenblok: vragen maken en nakijken (Teams)

      Slide 2 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      Slide 3 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      kenmerken PM uit de Truman Show
      Vervaging van de grens tussen realiteit en fictie
       Truman leeft in een volledig gecreëerde wereld die functioneert als een simulatie van de echte wereld. Zijn werkelijkheid is een hyperrealiteit, waarin de kunstmatige constructie realistischer lijkt dan de echte wereld.
      Meta-niveau: De film speelt op een bewust niveau met het concept van "kijken" en "gekeken worden". Truman is zowel een personage als een object van entertainment, terwijl het publiek van de film reflecteert op de ethiek en invloed van massamedia.

      The Truman Show bekritiseert de macht van massamedia en reality-tv. Truman wordt volledig gecontroleerd door de producenten, wat een metafoor is voor hoe media de realiteit van mensen kan vormgeven en manipuleren.

      De film speelt met het idee dat niets authentiek is. Truman’s hele leven is een georkestreerde performance, maar het publiek (zowel binnen als buiten de film) blijft gefascineerd door deze "nep" realiteit. Dit creëert een zelfbewuste, ironische laag waarin de kijker zich moet afvragen wat echt is en wat niet.

      Slide 4 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      Slide 5 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      POSTMODERNISME
      Jeff Koons
      Michael Jackson and bubbles, 1988
      BEELDHOUWKUNST

      Slide 6 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      Slide 7 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      Slide 8 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      Slide 9 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      Postmodernisme

      Slide 10 - Woordweb

      -mix van stijlen / eclecticisme / fusion / cross over
      - recycling
      - hedonisme
      - ironie/humor  
      - multidisciplinair karakter
      - veelheid van betekenissen / waarheden
      - geen vaststaande esthetische normen
      - cultuurrelativisme
      - herwaardering figuratie / ornament
      - originaliteit hoeft niet meer (alles is al eens gedaan)
      - spanningsveld hoge en lage kunst
      - sterrendom
      postmodernisme 
      - multidisciplinair karakter
      - fusion / cross over
      - veelheid van betekenissen
      - geen vaststaande esthetische normen
      - herwaardering figuratie / ornament
      - originaliteit hoeft niet meer
      - spanningsveld tussen hoge en lage kunst 
      - sterrendom

      Slide 11 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      Slide 12 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      Wat is GEEN kenmerk van postmodernisme?
      A
      Citeren/verwijzen
      B
      Ironie/humor
      C
      Radicaal/experimenteel
      D
      Vermenging hoge / lage kunst

      Slide 13 - Quizvraag

      Deze slide heeft geen instructies

      Wat is abstract expressionisme?
      A
      Een kunststroming die abstracte vormen en geometrie gebruikt.
      B
      Een kunststroming die realisme en precisie centraal stelt.
      C
      Een kunststroming die emotie en expressie centraal stelt.
      D
      Een kunststroming die alleen in Nederland populair was.

      Slide 14 - Quizvraag

      Deze slide heeft geen instructies

      SCHILDERKUNST
      Jackson Pollock
      ABSTRACT EXPRESSIONISME
      Actie staat centraal, spontaan, ongeremd

      ACTION PAINTING

      Slide 15 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      Waar kunnen we een cobra- kunstwerk aan herkennen?
      (kenmerken)

      Slide 16 - Open vraag

      Deze slide heeft geen instructies

      Uit welke stroming komt dit kunstwerk?
      A
      postmodernisme
      B
      hyperrealisme
      C
      popart
      D
      abstract expressionisme

      Slide 17 - Quizvraag

      Deze slide heeft geen instructies

      Wat is de inspiratie voor pop art?
      A
      Kindertekeningen
      B
      Manier van schilderen
      C
      Moderne consumptie maatschappij en amusementsindustrie
      D
      Het gewone ongewoon maken

      Slide 18 - Quizvraag

      Deze slide heeft geen instructies

      Het atelier van Andy Warhol noemt hij zelf, heel toepasselijk: 'The Factory'

      Slide 19 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      verschillen met 19e eeuw
      Industriële aanpak vs. ambachtelijkheid: Warhol's atelier functioneerde bijna als een fabriek, terwijl 19e-eeuwse ateliers ambachtelijk en individueel waren.
      Sociale dynamiek: The Factory was een sociale en culturele ontmoetingsplek, terwijl het 19e-eeuwse atelier eerder een persoonlijke werkplek was.
      Gebruik van technologie: Warhol maakte gebruik van nieuwe media en technieken; 19e-eeuwse kunstenaars werkten met traditionele methoden.
      Commerciële benadering: Warhol omarmde commercie en massaproductie als een thema en proces, terwijl 19e-eeuwse kunstenaars vaak een meer romantische visie hadden op kunst als een uniek, tijdloos object.

      Slide 20 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      Wat is een kenmerk van hyperrealisme in de schilderkunst?
      A
      Het is zo scherp dat het meer dan echt lijkt
      B
      Optische illusies
      C
      Geometrische vormen
      D
      Veel expressie van emotie

      Slide 21 - Quizvraag

      Deze slide heeft geen instructies

      Op-Art
      Wat is optical art?

      Optical art is een stroming in de moderne kunst.
      De afkorting van optical art is Op-art.

      Slide 22 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      Opart
      • 1960 - 1980
         
      • Afkorting voor optical art: het draait om optische illusies. 
      • Net als popart bedoeld voor het grote publiek: o.a. genummerde oplages dankzij zeefdruk. Kunst hoeft niet uniek te zijn.
      • Geen persoonlijk handschrift kunstenaar.
      • Kritiek van kunstkenners: is het meer dan een trucje?  
      Bridget Riley

      Slide 23 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      trompe l'oeil

      Slide 24 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      Opart
      optical art - optische illusie
      geometrische abstracte kunst



      Slide 25 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      Optical Art

      Slide 26 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      Victor Vasarely - Papillon - 1981
      Op art is de afkorting van optical art, of optische kunst. Deze kunstvorm speelt in op de werking van de ogen en de hersenen. Door op een bepaalde manier  kleuren, lijnen en structuren te gebruiken wordt een effect bereikt waarbij vormen voor het oog lijken te bewegen of te trillen.

      Slide 27 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      Minimal art
      *geometrische vormen
      * abstract
      * geen speciale boodschap / betekenis
      * geen associatie
      * industriële uitstraling
      *geen persoonlijke signatuur

      Donald Judd - stacks

      Slide 28 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      Donald Judd
      (citaat)
      'Mijn beelden zijn de werkelijkheid zelf en niet een imitatie ervan. Een kunstenaar dient niet een verschijning van de dingen te maken, maar een ding op zichzelf. (...) Een context of verhaal heb ik er niet bij.'

      Slide 29 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      Slide 30 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      Veelgestelde examenvraag die je nu kunt beantwoorden:
      Waarom is dit kunstwerk of deze werkwijze, kenmerkend voor het postmodernisme? 
      --> zoek een kunstwerk op en analyseer (mag in duo's)

      Slide 31 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      Noem drie kenmerken van postmodernisme (EINDE)

      Slide 32 - Open vraag

      Deze slide heeft geen instructies

      nog meer voorbeelden: 

      Slide 33 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies