schooltaalwoorden 11 t/m 20

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

Nederlands - schooltaalwoorden

11 tot en met 20

Leerdoelen

Schooltaalwoorden

• Ik weet de betekenis van het schooltaalwoord.
• Ik kan het schooltaalwoord in een zin zetten.
• Ik kan het schooltaalwoord schrijven.
• Ik kan een zin maken met een schooltaalwoord. 

 

Uitleg

We oefenen met de schooltaalwoorden.

 

Welke vijf schooltaalwoorden ken je al?

Wat betekent: de laatste ?

1. er komt niets meer daarna
2. de grootte van iets
3. te weinig
4. echt, wettig, goedgekeurd

Wat betekent: maatregelen ?

1. een groepje mensen dat advies geeft of leiding geeft
2. in het kort de belangrijkste dingen van iets opschrijven/vertellen
3. actie om iets te verbeteren of probleem op te lossen
4. een woord in het kort

Wat betekent: samenvatten ?

1. een onbekende persoon leren kennen
2. in het kort de belangrijkste dingen van iets opschrijven/vertellen
3. onderbouwen
4. duidelijk maken

Wat betekent: hoofdzakelijk ?

1. bijvoorbeeld
2. vooral, voornamelijk, het meeste
3. echt, wettig, goedgekeurd
4. er komt niets meer daarna

Wat betekent: i.p.v. ?

1. ik praat verder
2. in plaats van
3. ik print vaak
4. in Parijs varen

Welk woord past in deze zin?

Op Koning Willem 1 College studeren .......... leerlingen van zestien tot twintig jaar.

1. bijvoorbeeld
2. hoofdzakelijk
3. te weinig
4. d.m.v.

Welk woorden passen in de zin? Typ de woorden

Samira is ..... ............ in de rij voor de kassa.

Welk woord past in de zin? Typ het woord.

De gemeente neemt ................ tegen afval op straat. Er komen 20 extra afvalbakken in het dorp.

1. hoofdzakelijk
2. officieel
3. gebruikelijk
4. maatregelen

Welke afkorting past in de zin? Typ de afkorting.

Vandaag drink ik bij het ontbijt thee ... ... ... koffie.

Welk woord past in de zin? Typ het woord.

We gaan de tekst van Nieuwsbegrip ................

1. baseren op
2. aangeven
3. kennismaken met
4. samenvatten

Wat betekent: kennismaken met

1. in het kort de belangrijkste dingen van iets opschrijven/vertellen
2. door middel van
3. actie om iets te verbeteren of probleem op te lossen
4. een onbekende persoon leren kennen

Wat betekent: de naald

1. een groepje mensen dat advies geeft of leiding geeft
2. de grootte van iets
3. dunne stift met scherpe punt om mee te naaien
4. de bladzijde

Wat betekent: officieel

1. echt, wettig, goedgekeurd
2. zoals iets gewoonlijk gebeurt
3. te weinig
4. ongeveer

Wat betekent: de raad

1. vooral, voornamelijk, het meeste
2. een groepje mensen dat advies geeft of leiding geeft
3. de grootte van iets
4. de bladzijde

Wat betekent: de pagina

1. de grootte van iets
2. dunne stift met scherpe punt om mee te naaien
3. een groepje mensen dat advies geeft of leiding geeft
4. de bladzijde

Welk woorden passen in de zin? Typ de woorden.

De leerlingen van klas C ........ ......... ....... de nieuwe docent.

Welk woord past in de zin? Typ het woord.

Doe je boek open op p........... 15.

Welk woord past in de zin? Typ het woord.

De kleermaker repareert de kleding met ........... en draad.

Welk woord past in de zin?

We zijn getrouwd en nu ................ man en vrouw.

1. ongeveer
2. gebruikelijk
3. hoofdzakelijk
4. officieel

Welk woord past in deze zin?

De leerlingen........ vertelt aan de schooldirecteur wat beter kan op school.

1. grootte
2. pagina
3. raad
4. afkorting

Wat is het tegenovergestelde van: de laatste ?

1. de eerste
2. de middelste
3. de kleinste
4. het gemiddelde

Wat is het synoniem (ander woord) voor: bladzijde ?

1. grootte
2. bijvoorbeeld
3. pagina
4. afkorting

Drie zinnen zijn niet goed.
Eén zin is wel goed. Welke?

1. De leerlingen van klas C geven aan met de nieuwe docent.
2. Mijn mening over Nederland is een gebrek aan wat ik meemaak.
3. Het is hoofdzakelijk om 'mevrouw' of 'meneer' te zeggen tegen een docent.
4. De leerlingenraad vertelt aan de schooldirecteur wat beter kan op school.

Maak de zin af:
Het is gebruikelijk om 'mevrouw' of 'meneer' te zeggen tegen ............

Maak een zin met deze woorden:

in de rij - Samira - de laatste - voor de kassa - is

Maak een zin met:

op - boek - je - pagina 15 - doe - open -

Hoeveel nieuwe woorden begrijp je nu?

1. 1 - 5
2. 6 - 10
3. 10 - 15
4. meer dan 15

Geef jezelf een beoordeling. Hoe ging het?

1. niet goed
2. voldoende
3. ruim voldoende
4. goed

Hoe vond je de les?

1. saai
2. wel oké
3. leuk
4. leerzaam

Einde

Bedankt dat je meedeed.

Goed gewerkt!