V2 Grammtica 6

Welkom!
Welkom!
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom!
Welkom!

Slide 1 - Tekstslide

Programma
  1. 10 minuten lezen
  2. Huiswerk bespreken
  3. Leerdoelencheck
  4. H6 Redekundig ontleden

Slide 2 - Tekstslide

10 minuten lezen

Slide 3 - Tekstslide

Opdracht 1 nakijken
a zelfstandige naamwoorden: musical, Sunset Boulevard, Hollywood, jaren vijftig
lidwoorden: de, het, de
b zelfstandige naamwoorden: regie, musical, zin, woord
bijvoeglijke naamwoorden: ouderwets, goede
lidwoorden: de, het
c zelfstandige naamwoorden: privacywet, weken, sportverenigingen, Nederland, administratie
bijvoeglijke naamwoorden: nieuwe, Europese, duizenden
lidwoorden: de
d zelfstandige naamwoorden: Sportverenigingen, toestemming, ouders, foto’s, jeugdleden
e zelfstandige naamwoorden: aantal, vliegbewegingen, Schiphol, jaren
bijvoeglijke naamwoorden: afgelopen
lidwoorden: het, dE
f zelfstandige naamwoorden: circusvrachtwagen, olifanten, maandag, snelweg, Spanje
lidwoorden: een, een

Slide 4 - Tekstslide

Opdracht 2 nakijken
a in, van
b aan, in, van
c over, in, in
d onder, van, van
e van, naar
f met, langs

Slide 5 - Tekstslide

Opdracht 3 nakijken
a ooit
b explosief
c altijd, daar, wel
d zeker, nog, langer
e waarom, ook, altijd
f morgen, minstens

Slide 6 - Tekstslide

Lesdoelcheck!
Wat is taalkundig ontleden?

Slide 7 - Open vraag

Lesdoelcheck!
Noteer de afkortingen van de verschillende woordsoorten die we vorig jaar hebben geleerd.

Slide 8 - Open vraag

Woordsoorten
Zinsdelen
zelfstandig naamwoord
bijvoeglijk naamwoord
persoonlijk voornaamwoord
werkwoord
onderwerp
persoonsvorm
lijdend voorwerp
werkwoordelijk gezegde

Slide 9 - Sleepvraag

DOELEN


- je kunt zinsdelen in een zin vinden, ook als het lange zinsdelen zijn


zinsdelen
(redekundig ontleden)

Slide 10 - Tekstslide

Wat weet je nog?
Welke zinsdelen ken je nog?
Hoe vind je die zinsdelen dan?
Hoe verdeel je ook alweer een zin in zinsdelen?

Slide 11 - Tekstslide

ZINSDELEN

Slide 12 - Tekstslide

Wat is de volgorde bij het benoemen van zinsdelen?
Persoonsvorm
Onderwerp
Wg/ng
Lijdend voorwerp
Meewerkend voorwerp
Bijwoordelijke bepaling

Slide 13 - Sleepvraag

pv
o
lv
mv
De agent
wees
de verdwaalde chauffeur
de weg naar de A2

Slide 14 - Sleepvraag

pv
wg
o
lv
mv
Vervolgens
hij
de grote wagen
omgedraaid
heeft

Slide 15 - Sleepvraag

Sleep de zinsdelen naar het juiste vak.
Zin:
onderwerp
werkwoordelijk gezegde
lijdend
voorwerp
meewerkend
voorwerp
bijwoordelijke
bepaling
Ze
heeft
 dit jaar
een mooi cadeau 
voor haar vader
gemaakt.

Slide 16 - Sleepvraag

Sleep de zinsdelen naar het juiste vak.
onderwerp
lijdend vvw
ww gezegde
meewerkend vw
bijwoordelijke bepaling
Zin:
Morgen
gaat
het kleine meisje
bij haar oma
logeren.

Slide 17 - Sleepvraag

Sleep de zinsdelen naar het juiste vak.
Zin:
onderwerp
werkwoordelijk
gezegde
lijdend voorwerp
meewerkend voorwerp
bijwoordelijke bepaling
Ze
feliciteerde
hem
in de woonkamer. 

Slide 18 - Sleepvraag

Sleep de zinsdelen naar het juiste vak.
onderwerp
lijdend vvw
ww gezegde
meewerkend vw
bijwoordelijke bepaling
Zin:
De auto van mijn vader
is
afgelopen zomer
helaas
niet
goedgekeurd.

Slide 19 - Sleepvraag

2. Sleep de zinsdelen naar het juiste vak.
onderwerp
lijdend vvw
ww gezegde
meewerkend vw
bijwoordelijke bepaling
Zin:
De buurman 
wilde
gisteren
het vogelhuisje
in de boom
hangen.

Slide 20 - Sleepvraag

3. Sleep de zinsdelen naar het juiste vak.
onderwerp
lijdend vvw
ww gezegde
meewerkend vw
bijwoordelijke bepaling
Zin:
Hangjongeren
hebben
de burgemeester
veel problemen
bezorgd
afgelopen zomer.

Slide 21 - Sleepvraag

Sleep de zinsdelen naar het juiste vak.
onderwerp
lijdend voorwerp
ww gezegde
meewerkend voorwerp
bijwoordelijke bepaling
Zin:
De auto van mijn vader
is
afgelopen zomer
helaas
niet
goedkeurd.

Slide 22 - Sleepvraag

Sleep de zinsdelen naar het juiste vak.
onderwerp
lijdend voorwerp
ww gezegde
meewerkend voorwerp
bijwoordelijke bepaling
Zin:
Morgen
gaat
het kleine meisje
bij haar oma
logeren.

Slide 23 - Sleepvraag

Sleep de zinsdelen naar het juiste vak.
onderwerp
lijdend vvw
ww gezegde
meewerkend vw
bijwoordelijke bepaling
Zin:
Hangjongeren
hebben
de burgemeester
veel problemen
bezorgd
afgelopen zomer.

Slide 24 - Sleepvraag

Sleep de zinsdelen naar het juiste vak.
onderwerp
lijdend vvw
ww gezegde
meewerkend vw
Zin:
Bijwoordelijke bepaling
Gisteren
bracht
ze
een goed boek
voor mij
mee.

Slide 25 - Sleepvraag

Sleep de zinsdelen naar het juiste vak.
onderwerp
lijdend vvw
ww gezegde
meewerkend vw
Zin:
Marjan
had
een mooi gedicht
voor haar opa 
geschreven. 

Slide 26 - Sleepvraag

Mij heeft niemand iets verteld.
Benoem het zinsdeel 'mij'
sleep het juiste zinsdeel naar het vak hiernaast
Onderwerp (ow)
werkwoordelijk gezegde (wg)
lijdend voorwerp
(lv)
meewerkend voorwerp (mv)
bijwoordelijke
bepaling (bwb)

Slide 27 - Sleepvraag

Hij kan verkeerd gelopen zijn.
Benoem het zinsdeel 'kan gelopen zijn'
sleep het juiste zinsdeel naar het vak hiernaast
Onderwerp (ow)
werkwoordelijk gezegde (wg)
lijdend voorwerp
(lv)
meewerkend voorwerp (mv)
bijwoordelijke
bepaling (bwb)

Slide 28 - Sleepvraag