Bij een toename van 8% krijg je NIEUW = 1,08 × OUD
Bij een afname van 3% krijg je NIEUW = 0,97 × OUD
Slide 8 - Tekstslide
OUD berekenen
Een fiets wordt 12% duurder en kost dan €588.
Wat was de prijs van de fiets voor de verhoging?
Noem de prijs van de fiets eerst OUD. Er geldt dan:
OUD × 1,12 = 588
oud = 588 : 1,12 = 525
Slide 9 - Tekstslide
TOTAAL berekenen
Op de 'blije school' komen 221 leerlingen met het openbaar vervoer naar school. Dat is 24% van de leerlingen.
Hoeveel leerlingen zitten er in totaal op de 'blije school'?
Noem het totaal aantal leerlingen TOTAAL. Er geldt:
0,24 × TOTAAL = 221
221 : 0,24 = 921
Slide 10 - Tekstslide
Afspraken
Geef (tenzij iets anders gevraagd wordt) percentages in één decimaal nauwkeurig.
Geef NIEUW en OUD in hetzelfde aantal decimalen.
Slide 11 - Tekstslide
LessonUP app
Slide 12 - Tekstslide
Vraag 1: Bij een online veiling betaal je eerst 16% veilingskosten en daarna de BTW 21%. Met hoeveel procent is dan de prijs toegenomen ten opzichte van het aankoopbedrag?
timer
1:00
82%
Slide 13 - Open vraag
Vraag 2: Een hoeveelheid neemt eerst af met 40% en daarna neemt het af met 30%. Met hoeveel procent is dan de hoeveelheid afgenomen?
58%
timer
1:00
Slide 14 - Open vraag
Vraag 3: Een hoeveelheid neemt af met 20%. Met hoeveel procent moet de hoeveelheid weer toenemen om weer op de oorspronkelijk hoeveelheid uit te komen?
25%
timer
2:00
Slide 15 - Open vraag
Vraag 4: In 2011 werden 157.000 auto's met een dieselmotor verkocht. Dat is 28,2% van de totale autoverkoop in 2011. Van de totale verkoop was 1,28% hybride. Hoeveel hybride auto's werden in 2011 verkocht?