klas 1 A schrijven informatieve tekst

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Welkom

Ga rustig zitten.

Pak je boek en schrift.

Doe je telefoon weg en 

zet je tas op de grond.

lesopbouw

• wat weet je al?
  
• doel
• uitleg / oefenen
• afsluiting
  

Wat weet je al?

Je weet uit welke 3 delen een tekst bestaat.

Doel

Aan het eind van de les weet je

wat een informatieve tekst is

en

waar een informatieve tekst

aan moet voldoen.

opdracht

We gaan een informatieve tekst bekijken. 

Op deze manier gaan we erachter komen waar zo'n tekst aan moet voldoen.

Maak aantekeningen in je schrift, want later moet je zelf een informatieve tekst schrijven.

opdracht

Lees in tweetallen het artikel nogmaals.

• Uit welke delen bestaat deze tekst?
• Hoe herken je de alinea's?
• Wat ben je te weten gekomen na het lezen?
  
• Vind je ook een mening van de schrijver in de tekst?

informatieve tekst

Een informatieve tekst :

• titel
• inleiding, kern en slot
• witregels 
• informatie bestaat alleen uit feiten
• 5W1H-vragen
  
  

opbouw

inleiding (begin)

• De lezer weet na het lezen wat het onderwerp is.
• Je trekt de aandacht van de lezer (onderwerp introduceren).

Slot (eind)

• Je herhaalt de belangrijkste punten uit de tekst.
• Gebruik in de eerste zin de woorden dus of kortom.
• Je mag hier je eventueel mening geven.

opbouw

kern (midden)

• belangrijkste informatie over het onderwerp
• kan uit meerdere alinea's bestaan
• elke alinea heeft een eigen deelonderwerp
• boven elke alinea kan een tussenkopje staan

5W1H

Bij het schrijven van een tekst geef

je informatie aan de hand van de 

5W1H-vragen.

De lezer krijgt dus antwoord op 

deze vragen als hij jouw tekst leest.

5W1H

wie

wat

waar

wanneer

waarom

hoe

afsluiting

Aan het eind van de les weet je

waar een informatieve tekst

aan moet voldoen.

Op welke vragen geef je antwoord

als je een tekst schrijft?

Welke vragen moet je gebruiken bij het schrijven van een informatieve tekst?
Schrijf ze allemaal op.