13.5 Diepzee

13.5 Diepzee
-door: Fedde, Jasmijn, Luxi, Rosalie-
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

13.5 Diepzee
-door: Fedde, Jasmijn, Luxi, Rosalie-

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het einde van deze les weet je:
- Welke aanpassingen vissen hebben die in de diepzee leven.
- Wat een vis heeft aan bioluminescentie.
- Hoe walvissen diep kunnen duiken.
- Welke organen de potvis gebruikt om diepzee te duiken.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

  • Aan voedsel komen
  • Voortplanting
  • Bioluminescentie 
De aanpassingen in de diepzee

Slide 4 - Tekstslide

Bioluminescentie
  • Prooien lokken
  • Communiceren
  • Vijanden afschrikken

Slide 5 - Tekstslide

Zo bijt het mannetje van de hengelvis zich vast aan een vrouwtje en laat haar nooit meer los. Hij vergroeit met het vrouwtje en levert haar de rest van zijn leven sperma.
Voortplanting diepzee

Slide 6 - Tekstslide

Walvissen
  • 1 bar
  • cellen
  • longen kleiner
  • Wondernet om longen
  • Lang onder water 

Slide 7 - Tekstslide

  • Zuinig met zuurstof
  • Duiken
  • Stijgen
  • Spermaceti-orgaan
Aanpassingen van de potvis

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Waarom kunnen deze vissen (Dory en Nemo) hier eigenlijk helemaal niet zijn?
A
Het is te donker hier
B
Er is te weinig voedsel
C
De druk is te groot
D
Ze geven geen licht

Slide 10 - Quizvraag

Hoelang kan een potvis onder water blijven?
A
75 min
B
80 min
C
15 min
D
1 uur

Slide 11 - Quizvraag

Hoe noem je het dat diepzee vissen zelf licht uitzenden?
A
biolumienescenti
B
lichtgevende commune
C
bioluminescentie
D
bioluminesscentie

Slide 12 - Quizvraag

Wat doet de hengelvis als hij een vrouwtje tegen komt?
A
Zijn lampje gaat uit
B
Zijn lampje geeft verschillende kleuren af om haar te versieren
C
Zich vastbijten en nooit meer loslaten
D
Ze paren en hij verlaat het vrouwtje

Slide 13 - Quizvraag

Waar zorgt het wondernet voor?
A
Dat zijn hart niet inklapt
B
Dat zijn zenuwen niet inklappen
C
Dat zijn borstkas niet inklapt
D
Dat zijn longen niet inklappen

Slide 14 - Quizvraag

Bij hoeveel graden stolt de walscholt/spermaceti
A
37 graden
B
40 graden
C
0 graden
D
30 graden

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide