T4 L3
1 / 49
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Noteer hier ALLES wat je nog weet van vorig trimester
Slide 2 - Woordweb
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Aan welk feest doen deze artikelen je denken?
Slide 6 - Woordweb
Slide 7 - Tekstslide
Aan welk feest doen deze artikelen je denken?
Slide 8 - Woordweb
Waarom plaatsen we die artikelen bij elkaar?
Slide 9 - Woordweb
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Artikelen bij elkaar plaatsen die het ... gedrag van de klant beïnvloed. De klant schaft de artikelen op dezelfde manier of hetzelfde ritme aan.
A
koopverwantschap
B
kleurverwantschap
C
consumptieverwantschap
D
productieverwantschap
Slide 13 - Quizvraag
De artikelen zijn gemaakt uit dezelfde grondstof of volgens eenzelfde proces, op dezelfde manier.
A
koopverwantschap
B
kleurverwantschap
C
consumptieverwantschap
D
productieverwantschap
Slide 14 - Quizvraag
De artikelen voldoen aan dezelfde behoefte. Ze vullen elkaar aan of ze vervangen elkaar.
A
koopverwantschap
B
kleurverwantschap
C
consumptieverwantschap
D
productieverwantschap
Slide 15 - Quizvraag
De winkelier zet hier alle artikelen met hetzelfde onderwerp samen.
A
kleurverwantschap
B
stijlverwantschap
C
themaverwantschap
D
maatverwantschap
Slide 16 - Quizvraag
De artikelen staan bij elkaar omdat ze allemaal even groot (of even klein) zijn.
A
kleurverwantschap
B
stijlverwantschap
C
themaverwantschap
D
maatverwantschap
Slide 17 - Quizvraag
Geef een voorbeeld van merkverwantschap.
Slide 18 - Woordweb
Geef een voorbeeld van stijlverwantschap.
Slide 19 - Woordweb
Geef een voorbeeld van productieverwantschap.
Slide 20 - Woordweb
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
Artikelen bij elkaar plaatsen die het ... gedrag van de klant beïnvloed. De klant schaft de artikelen op dezelfde manier of hetzelfde ritme aan.
A
koopverwantschap
B
kleurverwantschap
C
consumptieverwantschap
D
productieverwantschap
Slide 25 - Quizvraag
De artikelen zijn gemaakt uit dezelfde grondstof of volgens eenzelfde proces, op dezelfde manier.
A
koopverwantschap
B
kleurverwantschap
C
consumptieverwantschap
D
productieverwantschap
Slide 26 - Quizvraag
De artikelen voldoen aan dezelfde behoefte. Ze vullen elkaar aan of ze vervangen elkaar.
A
koopverwantschap
B
kleurverwantschap
C
consumptieverwantschap
D
productieverwantschap
Slide 27 - Quizvraag
De winkelier zet hier alle artikelen met hetzelfde onderwerp samen.
A
kleurverwantschap
B
stijlverwantschap
C
themaverwantschap
D
maatverwantschap
Slide 28 - Quizvraag
De artikelen staan bij elkaar omdat ze allemaal even groot (of even klein) zijn.
A
kleurverwantschap
B
stijlverwantschap
C
themaverwantschap
D
maatverwantschap
Slide 29 - Quizvraag
Deze displayvorm is geschikt voor vooral exclusieve artikelen.
A
massdisplay
B
classdisplay
Slide 30 - Quizvraag
Deze presentatievorm wordt gebruikt door een reeks tafeltjes om een hoogteverschil te creëren.
A
eilanddisplay
B
kop- of einddisplay
C
toonbankdisplay
D
wanddisplay
Slide 31 - Quizvraag
Op de display op de ... presenteert de winkelier vaak kleine producten in mandjes of in een daarvoor uitgewerkte stand.
A
eilanddisplay
B
kop- of einddisplay
C
toonbankdisplay
D
wanddisplay
Slide 32 - Quizvraag
Deze displayvorm komt het meest voor in de modebranche. De artikelen aan een van de zijden van de winkel worden extra onder de aandacht gebracht.
A
eilanddisplay
B
kop- of einddisplay
C
toonbankdisplay
D
wanddisplay
Slide 33 - Quizvraag
Slide 34 - Tekstslide
Dit is een voorbeeld van
A
consumtieverwantschap
B
productieverwantschap
C
maatverwantschap
D
themaverwantschap
Slide 35 - Quizvraag
Dit is een voorbeeld van
A
consumtieverwantschap
B
productieverwantschap
C
maatverwantschap
D
themaverwantschap
Slide 36 - Quizvraag
Dit is een vorm van
A
koopverwantschap
B
leeftijdverwantschap
C
prijsverwantschap
D
productieverwantschap
Slide 37 - Quizvraag
Dit is een vorm van
A
stijlverwantschap
B
koopverwantschap
C
themaverwantschap
D
merkverwantschap
Slide 38 - Quizvraag
Dit is een vorm van
A
merkverwantschap
B
productieverwantschap
C
kleurverwantschap
D
maatverwantschap
Slide 39 - Quizvraag
MASSDISPLAY
CLASSDISPLAY
Slide 40 - Sleepvraag
Dit is een vorm van
A
eilanddisplay
B
schapdisplay
C
kassadisplay
D
kop- of einddisplay
Slide 41 - Quizvraag
Dit is een vorm van
A
eilanddisplay
B
schapdisplay
C
kassadisplay
D
kop- of einddisplay
Slide 42 - Quizvraag
Dit is een vorm van
A
toonbankdisplay
B
schapdisplay
C
wanddisplay
D
vloerdisplay
Slide 43 - Quizvraag
Dit is een vorm van
A
toonbankdisplay
B
schapdisplay
C
wanddisplay
D
vloerdisplay
Slide 44 - Quizvraag
Slide 45 - Tekstslide
Slide 46 - Tekstslide
Noteer hier ALLES die je nodig weet van afgelopen lessen.
