In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
5.2 Planten groeien
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we doen deze les?
Herhaling 5.1
Bespreken 5.2
Opdrachten maken 5.2
Slide 2 - Tekstslide
Uit welke 4 onderdelen bestaat een plant?
Slide 3 - Open vraag
Welk onderdeel zorgt voor de opname van water en mineralen?
A
Wortel
B
Bloem
C
Bladeren
D
Stengel
Slide 4 - Quizvraag
Welke onderdeel vervoerd water en voedingsstoffen?
A
Wortel
B
Bloem
C
Stengel
D
Bladeren
Slide 5 - Quizvraag
Waar in de bladeren worden de voedingsstoffen voor de hele plant gemaakt?
A
Bladgroenkorrels
B
Nerven
C
Celkern
D
Bladsteel
Slide 6 - Quizvraag
Waar zorgt de bloem voor?
A
Versiering voor de plant
B
Voortplanting
C
Insecten lokken
D
Insecten wegjagen
Slide 7 - Quizvraag
Noem alle onderdelen van een plantencel.
Slide 8 - Open vraag
Hoe komen bladeren aan hun water?
A
Via de cellen aan de buitenkant
B
Via de vaatbundels en de nerven
C
Via de huidmondjes
D
Ze maken zelf water
Slide 9 - Quizvraag
5.2 Planten groeien
Slide 10 - Tekstslide
Hoe komt een plant uit een zaadje?
Nadat planten hebben gebloeid, veranderen de bloemen in vruchten.
In de vrucht zitten de zaden.
De zaden bestaan uit 2 zaadlobben. Daartussen zit de kiem. Om de 2 zaadlobben zit een zaadhuid.
Slide 11 - Tekstslide
Hoe komt een plant uit een zaadje?
Als er een nieuw plantje uit een zaadje groeit, dan noem je dat ontkiemen.
De kiem, is eigenlijk een mini-plantje.
In de zaadlobben zit heel veel reservervoedsel waardoor de kiem goed kan groeien na de ontkieming.
Slide 12 - Tekstslide
Hoe groeit een plantje verder?
Als de kiem plantjes steeds groter en zwaarder worden, dan noem je dat groei.
Door lengtegroei vanuit de uiterste topjes, worden de stengels en wortels steeds langer.
Als een plant nieuwe delen krijgt, dan noem je dat ontwikkeling.
Slide 13 - Tekstslide
Hoe groeien bomen?
Uit de eindknoop groeit de tak verder in de lengte, dit noem je uitlopen.
Uit de zijknopen groeien nieuwe zijtakken.
Om de knop zitten knopschubben. Deze schubben beschremen de knop tegen kou en tegen insecten.
Slide 14 - Tekstslide
Hoe groeien bomen?
Als er een nieuw stuk tak groeit vormt er zich een ringlitteken. Na elk jaar vormt er zich weer een nieuw litteken. Het deel van een tak precies tussen 2 littekens is dus precies jaar oud.
Slide 15 - Tekstslide
Hoe groeien bomen?
Door middel van diktegroei worden de takken en de stam steeds dikker.
In de stam zit een groeilaagje, uit deze groeilaag ontstaan nieuwe houtcellen.
Het laagje houdcellen dat in een jaar wordt gevormt, noem je een jaarring.