1havo-vwo quantifiers lesson 4.2

Begin met lezen
Ga zitten op je plek en begin met lezen!
timer
5:00
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Begin met lezen
Ga zitten op je plek en begin met lezen!
timer
5:00

Slide 1 - Tekstslide

Welcome to:

Slide 2 - Tekstslide

What is a noun ?

Slide 3 - Tekstslide

Telbare zelfstandige naamwoorden
Ontelbare zelfstandige naamwoorden
Kun je makkelijk tellen 

specifiek 
Kun je niet "tellen"

Categorie, idee. verzamelnaam


"To count"
tellen 

Slide 4 - Tekstslide

Bevestigende zinnen
Countable nouns
uncountable nouns
gebruik: a lot of
gebruik: a lot of
I have got a lot of biscuits
I have got a lot of t-shirts 
I have got a lot of students
I have got a lot of time
There is a lot of rice 
I like a lot of Music 

Slide 5 - Tekstslide

Ontkennende zinnen
Countable nouns
Uncountable nouns
gebruik: Many
gebruik: Much
I haven't got many biscuits
I haven't got many t-shirts 
I haven't got many students
I haven't got much time
There isn't much rice 
There isn't much Music I like

Slide 6 - Tekstslide

Vragende zinnen
Countable nouns
Uncountable nouns
gebruik: Many
gebruik: Much
Do you have many biscuits?
Have I got many t-shirts?
Do we have many students?
How much time do you have?
How much rice is there left?
How much music do you listen to?

Slide 7 - Tekstslide

Weinig, een beetje & een paar
Countable nouns
Uncountable nouns
  • Weinig: Few
  • Een paar/ een beetje: A few
I have got a few biscuits.
I have got few t-shirts left.

We have little time left. 
Is there a Little rice left?

  • Weinig: little
  • Een paar/ een beetje: A little

Slide 8 - Tekstslide

A lot of, Many & Much
Bevestigend
ontkennend
Vragend
Telbaar: 

Ontelbaar:
Telbaar: 

Ontelbaar:
Telbaar: 

Ontelbaar:
  • A lot of 

  • A lot of 
  • Many

  • Much 
  • Many

  • Much 

Slide 9 - Tekstslide

Weinig, een beetje & een paar 
Telbaar 
Ontelbaar 
Weinig: 

Een beetje/ een paar:
Weinig: 

Een beetje/een paar:
  • Few


  • A Few
  • Little


  • A little 

Slide 10 - Tekstslide

Practise with A lot, many & much
Do exercise: 7, 8, 9, 10 and 11
On page 153


Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Listening
Go to page 138.

Slide 17 - Tekstslide

Homework 
  • StudyGo 5.2 both lists

  • Exercise 7, 8 + 9 on page 153


There’s only one thing I can’t deal with, and that’s a deck of cards glued together.

Slide 18 - Tekstslide