H4 - recap all grammar and reading

1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Vergrotende + overtreffende trap
klein - kleiner - kleinst(e)
small - smaller - smallest

groot - groter - grootst(e)
big - bigger - biggest

aardig - aardiger - aardigst(e)
nice - nicer - nicest

Comparative +

Superlative

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Let op!
goed - beter - best
good - better - best

slecht - slechter - slechtst(e)
bad - worse - worst

ver - verder - verst(e)
far - further - furthest




Slide 5 - Tekstslide

Vergrotende trap:
(comparison)

Vaak wordt het woord gevolgd door THAN

Frank is taller than Rob.

The boys are faster than us.


Overtreffende trap:
(superlative)

Vaak komt er voor het woord THE te staan

Rob is the tallest boy I know.

That is the fastest car ever.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Tekstslide

My sister has a ___ room than I have.
A
big
B
bigger
C
biggest
D
more bigger

Slide 9 - Quizvraag

I drive ___ than my husband.
A
safe
B
safer
C
safest
D
most safe

Slide 10 - Quizvraag

That group is _____ than the other group.
A
more serious
B
most serious
C
seriouser
D
seriousest

Slide 11 - Quizvraag

The teacher likes to have the ___ talks.
A
dull
B
duller
C
dullest

Slide 12 - Quizvraag

It is _____ than ever to find good football players.
A
more difficult
B
difficulter
C
most difficult
D
difficultest

Slide 13 - Quizvraag

Michael Jackson was the
___ singer ever .
A
great
B
greater
C
greatest
D
most great

Slide 14 - Quizvraag

Which questions do you have?

Slide 15 - Open vraag

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

You can ... open the box.
A
easy
B
easily
C
easyly

Slide 22 - Quizvraag

He drives the car ...
A
carefully
B
careful

Slide 23 - Quizvraag

Jamie Oliver cooks ...
A
fantastic
B
fantasticly
C
fantastically

Slide 24 - Quizvraag

This hamburger tastes ...
A
awful
B
awfully

Slide 25 - Quizvraag

That pizza smells ...
A
nicely
B
nice

Slide 26 - Quizvraag

I think a Friesian horse is ...
A
beautiful
B
beautifully

Slide 27 - Quizvraag

Which questions do you have?

Slide 28 - Open vraag

Examentraining

Slide 29 - Tekstslide

Wat is het stappenplan voor leesvaardigheid?
(hint: het zijn 5 stapjes)

Slide 30 - Open vraag

Slide 31 - Tekstslide

Als je twijfelt bij MC, wat doe je dan?

Slide 32 - Open vraag

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Wat is het goede antwoord op vraag 1?

Slide 37 - Open vraag

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

Wat is het goede antwoord op vraag 2?

Slide 40 - Open vraag

Slide 41 - Tekstslide

Questions?
A
yes
B
no
C
What just happened?

Slide 42 - Quizvraag

Slide 43 - Tekstslide


A
E
B
B
C
C
D
D

Slide 44 - Quizvraag

Slide 45 - Tekstslide


A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 46 - Quizvraag

check your 'weektaak' in
SOM

Slide 47 - Tekstslide

Slide 48 - Tekstslide