3M - L5 & 6 P1 - leerdoelen toets 1

   Deutsch!    
3M 

Les 6 P1
Gutentag!
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 2,3

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 25 min

Onderdelen in deze les

   Deutsch!    
3M 

Les 6 P1
Gutentag!

Slide 1 - Tekstslide

Studienführer
Voorbereiding voor les 6:
maken: Schritt 30




Verwerkingsopdrachten na les 6:
maken: D-Prüfung

Slide 2 - Tekstslide

Unterrichtsziele
Grammatik:
1. bijzondere werkwoorden
2. haben in ott, vtt en ovt

3. hulpwerkwoorden
4. 1e of 4e naamval

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

am Nachmittag
timer
0:20

Slide 5 - Open vraag

beschleunigen
timer
0:20

Slide 6 - Open vraag

sondern
timer
0:20

Slide 7 - Open vraag

klatschen
timer
0:20

Slide 8 - Open vraag

der Abfalleimer
timer
0:20

Slide 9 - Open vraag

die Pläne
timer
0:20

Slide 10 - Open vraag

Wiederholung
Het werkwoord haben

Slide 11 - Tekstslide

het werkwoord haben
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
habe
hast
hat
haben
habt
haben

Slide 12 - Sleepvraag

het werkwoord haben (ovt)
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
hatte
hattest
hatte
hatten
hattet
hatten

Slide 13 - Sleepvraag

Hadden jullie vroeger een tuin?
... ihr früher einen Garten?

Slide 14 - Open vraag

... du heute morgen Hunger?

Slide 15 - Open vraag

Sara ... 9 Brüder, jetzt hat sie 10 Brüder.

Slide 16 - Open vraag

Slide 17 - Tekstslide

Denk je dat het erg is?
A
Denkst du, dass es ärg ist?
B
Denkst du, dass es schlimm ist?

Slide 18 - Quizvraag

Wat is er gebeurd?

Slide 19 - Open vraag

Wij willen graag ...

Slide 20 - Open vraag

Heeft u nog vragen?

Slide 21 - Open vraag

Wiederholung
Werkwoorden met meerdere medeklinkers achteraan de stam....

Slide 22 - Tekstslide

Hast du das ... ? (zeichnen)
A
gezeichent
B
gezeichnt
C
gezeichnet
D
gezeichned

Slide 23 - Quizvraag

rare werkwoordjes
ich
du
er/sie/es
wir
ihr 
sie/Sie

Perfekt
stam + e
stam + st
stam + t
stam + en
stam + t
stam + en

ge + stam + t


rechne
rechnst
rechnt
rechnen
rechnt
rechnen

gerechnt
rechne
rechnest
rechnet
rechnen
rechnet
rechnen

gerechnet

Slide 24 - Tekstslide

Der Schwimmer ... nur so oft. (atmen)
A
atment
B
atmet
C
atmt
D
atmest

Slide 25 - Quizvraag

Teken jij graag?
... du gerne?
A
Zeichnst
B
Zeichenst
C
Zeichnest
D
Zeichnet

Slide 26 - Quizvraag

Hat der Laden schon ... ? (öffnen)
A
geöffnet
B
ge-öffent
C
geöffent
D
ge-öffnt

Slide 27 - Quizvraag

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide