Ondersteunen bij huishouden en wonen les 7

Les 7
herhaling
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Les 7
herhaling

Slide 1 - Tekstslide

Methodisch werken
Methodisch werken is een vaste manier van handelen met een bepaald doel.

 Dit gebeurt volgens de cyclus: 
  • voorbereiden
  • uitvoeren
  • evalueren. 

Slide 2 - Tekstslide

Technologische hulpmiddelen wonen en zorg
Technologische hulpmiddelen = domotica. 

  • Personenalarmering - De cliënt draagt een ketting waaraan een alarmknop zit.
  • Medicijn box -Wordt bij de cliënt thuis geïnstalleerd. Geeft signaal wanneer het tijd is om medicijnen in te nemen. 
  • Automatische gordijnen - Gordijnen die automatisch open en dichtgaan.
  • Sleutelkluisje - Een sleutelkluisje hangt buiten bij de voor of achterdeur.
  • Lichtstraal van bed naar wc - Door middel van een lichtstraal kan de cliënt in de nacht zien waar ze lopen. 





Slide 3 - Tekstslide

Wat is E-Health?

Slide 4 - Woordweb

Social media binnen Zorg en Welzijn
Social media is de verzamelnaam voor alle onlineplatformen waarop mensen zelf de inhoud verzorgen, zoals Facebook en Instagram.


 Het gebruik van social media vraagt om speciale aandacht.

Slide 5 - Tekstslide

Middelen en symbolen
Schoonmaakmiddelen heb je in allerlei soorten en maten. Er zijn natuurlijke schoonmaakmiddelen zoals: soda, groene zeep en azijn
Er zijn ook synthetische schoonmaakmiddelen. Deze worden in een fabriek gemaakt. Soms is het lastig om te bepalen welk middel je moet gebruiken. Lees het etiket zorgvuldig. Er staan soms symbolen op die je iets vertellen over het gebruik. Overleg ook altijd met de cliënt.

Slide 6 - Tekstslide

De grondstof waaruit textiel gemaakt wordt zijn vezels. Alle textielsoorten bestaan uit vezels. De grondstoffen die voor het textiel gebruikt worden, kun je verdelen in drie verschillende soorten vezels:  
  
dierlijke vezels 
  
plantaardige vezels 
  
synthetische vezel 
  
mengvezels.

De grondstof waaruit textiel gemaakt wordt zijn vezels. Alle textielsoorten bestaan uit vezels. 

Drie verschillende soorten vezels:  
  • Dierlijke vezels 
  • Plantaardige vezels 
  • Synthetische vezel 
  • Mengvezels

Slide 7 - Tekstslide

7

Slide 8 - Video

Bleken
Chemisch reinigen
Strijken
Droger
Wassen

Slide 9 - Sleepvraag

SYMBOLEN

Slide 10 - Tekstslide

Voorbeeld van wassymbolen 

Slide 11 - Tekstslide

Schoonmaakregels
  1. Werk altijd van schoon naar vuil.
  2. Werk van buiten naar binnen. 
  3. Werk van hoog naar laag.
  4. Werk in een logische volgorde.
  5. Werk in een ruimte linksom of rechtsom.

Slide 12 - Tekstslide

Tips bij bed opmaken:
  • Schone spullen in de buurt
  • Wasmand in de buurt 
  •  Schoon en vies wasgoed gescheiden houden 
  • Niet wapperen met wasgoed
  • Opmaken op wens van de zorgvrager
  • Indien mogelijk raam open zetten

Slide 13 - Tekstslide

De juiste werkvolgorde van professioneel schoonmaken is:
A
- van schoon naar vuil - van laag naar hoog - van nat naar droog
B
- van vuil naar schoon - van laag naar hoog - van nat naar droog
C
- van schoon naar vuil - van hoog naar laag - van nat naar droog
D
- van schoon naar vuil - van hoog naar laag - van droog naar nat

Slide 14 - Quizvraag

Wat betekent
dit symbool?
A
Geeft gasvorming
B
Let op
C
Irriterend
D
Gebruik dit niet samen met een ander middel.

Slide 15 - Quizvraag

Dit symbool
betekent.....
A
Oxiderend; kan ontploffingen /gassen veroorzaken
B
Ontvlambaar

Slide 16 - Quizvraag

GHS -
symbolen

Slide 17 - Tekstslide

schoonmaak middelen gebruiken
Kies een middel dat past bij wat je moet doen
Lees etiket voor extra informatie zoals:  Waarvoor is het
                                                                                    Hoe moet ik het gebruiken
                                                                                    Staan er symbolen op 
                                                                                    Waar de lege verpakking weggooien
                                                                                    Wat te doen bij inslikken
Hoe ruim ik schoonmaakmiddelen veilig op


Slide 18 - Tekstslide

waarom maken we schoon
  • Voor je gezondheid
 je kunt ziek worden van teveel vuil;
  • Voor je welzijn
 je voelt je prettiger in een schone omgeving
  • Ter voorkoming van slijtage 
Spullen gaan langer mee
  • Veiligheid
Je kunt struikelen en uitglijden over vuil




Slide 19 - Tekstslide

welke ruimtes moet ik extra zorgvuldig schoonmaken
A
sanitaire ruimtes
B
woonkamer
C
keuken
D
slaapkamer

Slide 20 - Quizvraag

van een client wordt verwacht dat hij een bepaald soort midelen en materialen in huis heeft
Ja
Nee

Slide 21 - Poll

zelfredzaamheid betekent dat je de zorgvrager alles eerst zelf laat doen
ja
nee

Slide 22 - Poll

nat 
schoonmaken
droog
schoonmaken
microvezel doekjes
werkdoekjes

Slide 23 - Sleepvraag

micro vezel doeken
A
kan ik zowel droog als nat gebruiken
B
kan ik wassen maar geen wasverzachter gebruiken
C
ik voeg geen middel toe
D
houden het vuil goed vast

Slide 24 - Quizvraag

normen en waarden
waarden: dat alles wat we met elkaar belangrijk vinden

normen: de gedragsregels die afgeleid worden uit de waarden

Slide 25 - Tekstslide

Normen en waarden #Voorbeeld
Waarden
Norm
Privacy
Als iemand geld op neemt bij de pinautomaat, hou je afstand
Beleefd
Je spreekt oudere aan met U. 
Sportiviteit
Als iemand gewonnen heeft, feliciteer je de persoon. 
Geduld
Bij het instappen in de trein wacht je tot iedereen is uitgestapt. 

Slide 26 - Tekstslide

Huiswerk
Lezen blz 33t/m 42
Maken:  
  • Opdr. 41 t/m 51












Veel succes en tot volgende week!!

Slide 27 - Tekstslide